Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Parochie (kerkelijke gemeente)

Uit Wikisage
Versie door Mendelo (overleg | bijdragen) op 27 mrt 2023 om 16:37 (beide url's niet meer actueel)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

In de Rooms-Katholieke Kerk is een parochie (afgeleid van het Griekse παροικία, paroikía, dat ’buur’ betekent) een lokale gemeenschap van gelovigen, waarvan de herderlijke zorg meestal aan een pastoor is toevertrouwd. De pastoor kan worden bijgestaan door een parochievicaris, beter bekend als kapelaan (in Nederland) of onderpastoor (in Vlaanderen). Een uitzondering is de eigen parochie van een bisschop, rond de kathedraal waarvan hij titularis is, maar waarvan de pastorale zorg meestal gedelegeerd is aan een plebaan.

In vroegere tijden werd voor de parochie ook de benaming kerspel gehanteerd. Het equivalente begrip in de meeste vormen van protestantisme is de gemeente. Ook de Anglicaanse Gemeenschap, Kerk van Schotland, Orthodoxe Kerk en aan lutherse zijde de Zweedse Kerk kennen parochies.

Jurisdictie

Een parochie is verbonden aan een bepaald gebied, zoals een of meer dorpen, een stad of een wijk. De woonplaats van de gelovige bepaalt tot welke parochie hij behoort. Hiermee onderscheidt een parochie zich van bijvoorbeeld een gemeenschap verbonden aan een kloosterkerk, een bedevaartkerk of een kathedraal.

De parochies zijn de territoriale bouwstenen van (aarts)bisdommen, al dan niet gegroepeerd in dekenaten, en het laagste niveau waarvan de titularis als ordinarius een geheel eigen canonieke jurisdictie heeft.

Een personele parochie richt zich niet op de gelovigen van een bepaald gebied, maar op een bepaalde groep gelovigen. Zo bestaan er bijvoorbeeld personele parochies voor Chaldeeuwse christenen of voor gelovigen die de mis vieren volgens de Tridentijnse ritus.

Voor genealogische opzoekingen is het nuttig om in gedachten te houden dat het gebied van een parochie niet noodzakelijk overeenkomt met de grenzen van een burgerlijke gemeente.

Nederland

In Nederland draagt het kerkbestuur, ook parochiebestuur genoemd, zorg voor het parochiaal vermogen en de doelmatige aanwending daarvan ten bate van de parochie. Dit bestuur wordt gevormd door de pastoor tezamen met door de bisschop hiertoe benoemde leken. De pastoor is voorzitter van het parochiebestuur.

Het aantal zelfstandige katholieke parochies neemt jaarlijks met zo’n 25 af; eind 2006 bedroeg dit aantal 1425. Het aantal kerkgebouwen neemt ook af, er worden gemiddeld per jaar 20 kerken gesloten voor de eredienst.[1]

Verder geplande reorganisaties hebben als doel het aantal katholieke parochies in het aartsbisdom Utrecht terug te brengen van 316 naar 49, het aantal parochies in het bisdom Haarlem van 164 naar 34 samenwerkingsverbanden van parochies;[bron?] het aantal parochies in het bisdom Rotterdam zou verder worden verminderd van 147 naar 24 clusters volgens het laatste (eind 2007) reorganisatieplan genaamd ’Samenwerking Geboden 2’, en ook het bisdom Breda reorganiseert: van 103 parochies in 2005 streefde het bisdom naar 21 nieuwe parochies (samenwerkingsverbanden) per 2010.[bron?] In totaal zou het aantal zelfstandige parochies toen afnemen met 606 parochies (85%) voor deze vier bisdommen. Het kleinste bisdom Groningen-Leeuwarden heeft geen plannen om het aantal zelfstandige parochies te verminderen.[bron?]

Vlaanderen

In Vlaanderen worden de materiële belangen van een parochie (woning van de pastoor, onderhoud van gebouwen etc.) behartigd door de kerkfabriek. Sinds het napoleontisch concordaat van 1801 krijgen zij hiervoor overheidssteun, als compensatie voor de onteigeningen en kerkplunderingen tijdens het Franse bewind. Die regeling komt in België ten laste van de gemeenten en het federaal ministerie van Justitie.

Voor het beleid van de pastorale taken en inhoudelijke werking laten de meeste pastoors zich bijstaan door een parochieraad, waarin naast de priester(s) ook verantwoordelijke leken-parochianen meewerken, bijvoorbeeld de verantwoordelijken voor catechese, liturgie, ziekenbezoek en zangkoor. Steeds meer parochies hebben geen eigen priester meer en gastpriesters zijn schaars, zodat de leken meer taken op zich nemen en fusies zich op termijn opdringen.

Zie ook

Weblinks

Bronnen, noten en/of referenties

Bronnen, noten en/of referenties
rel=nofollow
rel=nofollow