Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Ignaz Trebitsch-Lincoln

Uit Wikisage
Versie door Mendelo (overleg | bijdragen) op 18 feb 2015 om 22:15
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
rel=nofollow

Ignaz Thimoteus Trebitsch-Lincoln (Paks, Oostenrijk-Hongarije, 4 april 1879Shanghai, 4 oktober 1943), van joodse afstamming, was gedeelten van zijn leven actief als protestants zendeling, anglicaans priester, Brits parlementslid, Duits spion en nazi-collaborateur en boeddhistisch monnik.

Leven

Ignaz Trebitsch (oorspronkelijk Abraham Schwarz, ook bekend als Moses Pinkeles) werd geboren in een orthodox-joodse familie in het dorpje Paks in Oostenrijk-Hongarije. Het gezin verhuisde later naar Boedapest. Na een studie luthers-protestantse theologie in 1898 werd hij op kerstdag in 1899 als lutheraan gedoopt. Hij moest het seminarie verlaten omdat hij zich, tegen de regels, als student reeds had verloofd. Hij trok naar Canada om zendingswerk te verrichten onder de joden van Montreal, aanvankelijk als presbyteriaans predikant, later als anglicaan. In Montreal leerde hij Margarethe Kahlor kennen, de dochter van een Duits zeekapitein, en zij trouwden.

In 1903 keerde het gezin Trebitsch terug naar Groot-Brittannië, waar hij anglicaans priester was. In het gezin werden vier zonen geboren. Een van de zonen beschouwde zich zijn leven lang als jood.

Trebitsch kwam in contact met Benjamin Seebohm Rowntree, een chocolademagnaat, quaker en filantroop, politiek actief als liberaal. Trebitsch kon Rowntree ervan overtuigen hem aan het werk te zetten als researchassistent voor het boek dat Rowntree aan het schrijven was over de armoede in België.

In 1904 nam hij de naam Timothy Trebich-Lincoln aan, en verkreeg de Britse nationaliteit in 1909. In januari 1910 werd hij als liberaal parlementslid verkozen voor het House of Commons. Na een jaar werd hij uit de partij gezet wegens zijn verwikkelingen in een zaak waarbij hij beleggers duizenden pond schuldig bleef.

Hij verlegde zijn bedrijf naar Roemenië en Galicië, waar hij investeerde in de olie-industrie. De firma ging echter bankroet, en hij was de investeerders meer dan honderdduizend pond schuldig.

Terug in Engeland bood hij zijn diensten aan als spion, om zo de schulden te kunnen betalen. Toen hij geweigerd werd, ging hij voor de Duitsers aan de slag als spion. Opnieuw in Engeland, ontsnapte hij op het nippertje aan een arrestatie en vuchtte in 1915 naar New York. Daar kon hij contact leggen met Franz von Papen. Von Papen had vanuit Berlijn de instructie om niets te maken te hebben met Trebitsch-Lincoln. Trebitsch-Lincoln verkocht daarop zijn verhaal aan het New York World Magazine, dat het publiceerde onder de titel Revelation of I. T. T. Lincoln, Former Member of Parliament Who Became a Spy. Zijn boek, Revelations of an International Spy, werd uitgegeven in Londen in 1916.

Vanuit Amerika werd hij uitgeleverd aan Groot-Brittannië, niet wegens spionage, omdat dit niet in het uitleveringsverdrag tussen Engeland en de Verenigde Staten stond, maar wegens fraude. Hij werd veroordeeld voor fraude en documentenvervalsing en bracht drie jaar door in de gevangenis van Parkhurst op het eiland Wright. Toen hij werd vrijgelaten, werd hem de Britse nationaliteit afgenomen.

In 1920 was hij betrokken bij de couppoging van Wolfgang Kapp in Duitsland en was censor en de persspreker van de samenzweerders. De coupleden opereerden vanuit een Berlijns hotel. Adolf Hitler was in allerijl met Dietrich Eckart aangereisd uit München om zich aan te sluiten bij de coup. Toen Eckart bemerkte dat de Jood Trebitsch persspreker was, nam hij Hitler bij de arm mee naar buiten, zeggend: „Adolf, we hebben hier geen verdere zaken.” Trebitsch-Lincoln werd gearresteerd, ontsnapte uit de hechtenis en vluchtte naar Hongarije, gebruik makend van verschillende vermommingen en wel tien valse identiteiten. In Hongarije sloot hij zich aan bij extreemrechtse groepen die zich verzetten tegen het Verdrag van Versailles. Na een tijdje besloten de extreemrechtse bewegingen Trebitsch-Lincoln te vermoorden; niet wegens zijn joodse achtergrond, maar omdat men hem ging zien als een avonturier die slechts risico’s meebracht voor hun organisaties.

Trebitsch-Lincoln verkocht een koffer met geheime documenten van de extreemrechtse groeperingen aan Tsjechoslowakije. Anderen geloofden niet dat de documenten echt waren.

In november 1921 reisde hij naar China. Daar werd hij, onder de naam Puk Kusati, de raadgever van de krijgsheer Wu Peifu. In 1925 kreeg hij de toelating om Groot-Brittannië binnen te reizen, om er afscheid te nemen van zijn zoon, die als soldaat veroordeeld was wegens moord. Toen zijn schip in Marseille aankwam, bleek zijn zoon intussen reeds geëxecuteerd te zijn.

In Ceylon (Sri Lanka) onderzocht Trebitsch-Lincoln het boeddhisme, waarna hij in China tot boeddhistisch monnik werd gewijd. Hij verzamelde een groep van dertien westerse boeddhisten om zich heen, en was in 1931 hun abt met de naam Chao Kung (Chinees 照空 pinyin: Zhào Kōng).

Na het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog nam hij contact op met de nazi’s met het plan het hele boeddhistische oosten in opstand te laten komen tegen de Britse invloed. De opperbevelhebber van de Gestapo in het Verre Oosten, SS-kolonel Josef Meisinger, drong erop aan dat dit plan ernstig overwogen diende te worden. Heinrich Himmler, Rudolf Hess en Joachim von Ribbentrop waren er enthousiast over, maar Reinhard Heydrich verwierp het plan wegens Trebitsch-Lincolns joodse afkomst, en het ging niet door toen Hess in 1941 naar Schotland vluchtte. Toch bleef hij aan het werk als spion voor de Duitse en de Japanse veiligheidsdienst tot zijn overlijden in 1943.

Bronnen en weblinks

rel=nofollow
 
rel=nofollow