Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Getijdengebed

Uit Wikisage
Versie door Mendelo (overleg | bijdragen) op 28 nov 2015 om 18:25 (+geschiedenis)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Het getijdengebed zijn traditionele dagelijkse gebeden in de orthodoxe, katholieke, lutherse en anglicaanse kerken.

Liturgische boeken met de teksten van het getijdengebed heten onder andere Horologion (orthodox), Getijdenboek (katholiek) of Book of Common Prayer (anglicaans). De lange versie van deze gebeden was en is gebruikelijk in kloosters. Een kortere versie, genaamd Brevier (Latijn: breve „beknopt”) werd gebruikt door de parochiepriesters:.

De kloosterliturgie gebruikt de volgende gebeden en gebedstijden:

  1. Metten (matines): tussen middernacht en het begin van de dag;
  2. Lauden (laudes): met de dageraad (omstreeks 6 uur);
  3. Terts (tierce) (het derde uur na zonsopgang): rond 9 uur, of voor de hoogmis;
  4. Sext (sexte) (het zesde uur na zonsopgang): à midi environ
  5. None (het negende uur na zonsopgang): omstreeks 3 uur ’s namiddags;
  6. Vespers (Vespera): begin van de avond (omstreeks 5 of 6 uur ’s avonds);
  7. Completen: ’s avonds, voor zonsondergang.

Deze gebedstijden werden omstreeks het jaar 530 vastgelegd in de Regel van St. Benedictus. Benedictus voegde zelf de priem toe: (prima) (eerste uur).

Geschiedenis

In de Hebreeuwse Bijbel gaf God het gebod aan de Israëlitische priesters om ’s morgens en ’s avonds slachtoffers te brengen (Exodus 29:38-39). Aanvankelijk werden deze offers gebracht bij de tabernakel, later bij de door Salomo gebouwde tempel te Jeruzalem. Gedurende de Babylonische gevangenschap was de tempel niet in gebruik. De eerste synagoges werden gebouwd, waarin zich op vastgelegde tijdstippen een eredienst begon te ontwikkelen uit het voorlezen van de Thora, Psalmen en lofzangen. Dit begon de plaats in te nemen van het offeren van dieren. Uit de joodse traditie om driemaal daags bijeen te komen voor gebed (sjachariet, micha en maariv), ontwikkelde zich in de vroege eeuwen van het christendom een voorloper van het getijdengebed. Christenen zetten het joodse gebruik verder, om psalmen te bidden; daarnaast werden ook christelijke hymnes gezongen en gebeden. Dit ging een essentieel onderdeel vormen van het getijdengebed. Reeds in de Didache, mogelijk opgesteld in de 2e eeuw, vindt men aanwijzingen van dit gebruik: er wordt in aanbevolen, het Onzevader driemaal daags te bidden (8:3). De Traditio Apostolica uit de 3e eeuw doet de aanbeveling om te bidden bij het opstaan, bij het derde en het zesde uur van de dag, voor het slapengaan, om middernacht en bij het hanengekraai (35–36).