Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Gebruiker:Franciscus/kladblok

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Dit artikel valt onder beheer van Dorp:Luisterrijk.

The Comedian Harmonists

Comedian Harmonist omstreeks 1930

De Comedian Harmonists was een bekende Duitse zanggroep die opgericht werd in de jaren 20 van de 20e eeuw. De groep trad op tussen 1927 en 1934 en bestond uit vijf zangers en een pianist. Het groepje van vijf zangers en een pianist beleefde in het Berlijn en in verder in Europa van de jaren twintig een korte glorietijd, met hun aansprekende mix van jool, sentiment en een vorm van samenzang die we tegenwoordig aanduiden als close harmony.
In de tijd van de Weimar Republiek waren de Comedian Harmonists beroemder dan de Beatles in de jaren zestig.
De groep was in 1928 samengesteld door de Berlijnse tenor Harry Frommermann die grammofoonplaten van het Amerikaanse jazz vocal kwartet The Revellers had gehoord en daardoor werd geïnspireerd. Zeven jaar na de oprichting van de groep werd deze verboden door de Reichskulturkammer. De tijdig op de vlucht geslagen joodse zangers formeerden een nieuwe groep in Amerika, en de arische leden deden dat in eigen land. Maar het niveau van het originele close harmony-ensemble werd nooit meer geëvenaard.

Oprichting

Harry Frommermann was met Robert Biberti de oprichter van het ensemble en vormde hiermee de eerste Duitse Boygroup onder de naam Harmonisten. Met Ari Leschnikoff , eerste tenor (1897 – 1978), Erich A. Collin, tweede tenor (1899- 1961), Harry Frommermann, tenor buffo (een tenor met goed acteervermogen) (1906 -1975), Roman Cycowski, bariton, ( 1901 – 1998), Robert Biberti, bas (1902 -1985) en Erwin Bootz, pianist (1907 -1982) was het meest succesvolle sextet aller tijden voltooid. Voor hun eerste optreden hadden de Comedian Harmonist zich zes maanden in een nachtclub opgesloten om te oefenen.

Close Harmony

Bij close harmony gaat het om de juiste mix tussen stemmen en persoonlijkheden. Pas als dat klopt, valt alles op zijn plaats.
De nummers van de Comedian Harmonists zijn tijdloos. Het is goudeerlijke muziek die iedereen aanspreekt, ook mensen die niet van klassiek of jazz houden. Het klinkt allemaal heel gemakkelijk en ongecompliceerd, maar het is razend lastig om te zingen. De kunst is dat niet te laten horen. Door volhouden en steeds maar weer verbeteren van de klank werden de Harmonisten tenslotte een populair fenomeen.

Bij close harmony gaat het om de juiste mix tussen stemmen en persoonlijkheden

Na maanden van (onbetaalde) repetities en een aarzelende start als een act op lokale vaudevillepodia, schoten ze omhoog naar roem. Eerst in het vooroorlogse Duitsland, wat een sensatie werd, en later in Europa als concertartiesten en productieve artiesten. Dit was nog nooit vertoond!
In Nederland begon de internationale carrière van de Comedian Harmonists met een optreden in Amsterdam, met als allergrootste fan de Concertgebouwdirigent Willem Mengelberg.
Ook de rest van Europa raakten verslingerd aan de komische close harmony van de Berlijnse zanggroep.
Hun eerst wat onhandige naam Harmonisten werd door een impresario al snel voorzien van 'Comedians' om hun act beter samen te vatten: niet alleen hits uit te voeren, maar ook gespecialiseerd zijn in geestige en bij voorkeur enigszins bijzondere teksten en andere komische wendingen, zoals indrukken van muziekinstrumenten.

Repertoire

Het repertoire van de Comedian Harmonists bestond uit tijdloze klassiekers, en omvatte populaire Amerikaanse liederen, traditionele volksliedjes, en adaptaties van klassieke werken die in de barbershopstijl 1) werden bewerkt en gezongen. Het repertoire was breed, variërend van folk - en klassieke liedjes gearrangeerd door Frommermann tot aantrekkelijke en geestige populaire liedjes van de dag door schrijvers zoals Peter Igelhoff, Werner Richard Heymann en Paul Abraham.

Het repertoire van de Comedian Harmonists bestond onder meer uit tijdloze klassiekers

De Comedian Harmonists zongen op een door de jazz geïnspireerde wijze, met gebruik van falsetstem 2), en op vaak overdreven ironiserende wijze, hetgeen een komisch effect gaf aan de muziek.
Eén van de kenmerken van de Comedian Harmonists was het vermogen van de leden om hun stemmen samen te voegen tot bijna één klank.
De groep zong alles, van Duitse volksliederen van Tea for Two tot Duke Ellington tot het werk van klassieke componisten als Johannes Brahms en Gioacchino Rossini. Een van hun speciale vaardigheden was het vermogen om muziekinstrumenten zó nauwkeurig te imiteren, dat wanneer ze achter een gordijn zongen, het publiek ze gemakkelijk kon verwarren met een echt kamerorkest.
Toen de groep van zes elkaar vond en gingen optreden, bereikten ze al snel veel succes. Ze traden niet alleen in Duitsland op, maar kwamen in heel Europa en zelfs daarbuiten. Het gezelschap ruimde naast Amerikaanse barbershop-muziek ook plaats in voor dans en humor, en werd bijzonder populair in theaters en op de radio.

Moeilijke tijden

De groep kwam in een donkere tijd terecht. De nationaal-socialisten namen in 1933 de macht over en verboden hun optreden. Desondanks slaagden ze erin echte legendes van hun tijd te worden. In 1933 stonden de Comedian Harmonists op het hoogtepunt van hun roem. Het is mogelijk dat hun vrolijke wereld een uitlaatklep was voor deze spanningen in Europa. Roman Cycowski zou zeggen: "We waren een schitterend licht in een zeer donkere tijd". Ook droegen de radio en de grammofoonplaten bij aan hun stijgende populariteit.

In 1933 stonden de Comedian Harmonists op het hoogtepunt van hun roem

Maar in de twee jaren die volgden werd hun carrière langzaam maar zeker de nek omgedraaid.
Zoals zovelen waren de Comedian Harmonists indertijd a-politiek en onwetend waar het Hitlers ‘Endlösung’ betrof. De band, die volgens de Nazi-terminologie bestond uit drie joden en drie ariërs, werd wegens hun populariteit aanvankelijk gedoogd maar uiteindelijk toch gedwongen het repertoire te schonen van de joodse composities en tenslotte ook gedwongen om zich op te splitsen. Een tijdige emigratie naar het buitenland, waar ze minstens zo succesvol waren, liet het sextet aan zich voorbijgaan omdat ze meenden dat het allemaal zo’n vaart niet zou lopen.

Laatste optredens

Naarmate het antisimitisme van de nazi's tastbaarder wordt, zette de joodse Harry Frommermann de andere bandleden aan om eerst in Frankrijk en vervolgens door de Verenigde Staten een tournee te maken. Na een laatste concert voor de Duitsers op 25 maart 1934 in München, vindt op uitnodiging van de NBC nog een uitvoering plaats voor 85.000 zeelieden in de haven van New York. Frommermann meende dat de band misschien daar hun carrière zou kunnen voortzetten, hoewel de mogelijkheden daar niet zo gunstig waren.
Er ontstond een groot dilemma: Zullen we wel of niet terugkeren naar Duitsland? Net nog op tijd trokken de niet-arische leden van de groep korte tijd daarna toch nog naar het buitenland. Hiermee was het lot van de Comedian Harmonists bezegeld. In het voorjaar van 1935 nam de groep een laatste plaat op. Daarna emigreerden de 'Nichtarier' Frommermann, Cycowski en Collin naar Wenen.

Nieuwe sextetten

Na 1935 vormde elke helft van de groep een nieuw sextet en raakten vervolgens verstrikt in een lange juridische ruzie over de rechten op de naam "Comedian Harmonists". De Duitse groep die zich tenslotte het Meistersextett noemde, bereikte niet het niveau van de oorspronkelijke groep. De buitenlandse groep deed het beter dan zijn arische tegenhanger.
De Comedian Harmonists reisden door Australië toen de oorlog in Europa begon. Ze gingen later naar de VS, waar de leden optraden onder de namen "Comedian Harmonists" en "Comedy Harmonists", met een nieuwe pianist, bas en tenor. Nadat de groep in 1941 was ontbonden, vestigden ze zich in de VS en kozen een andere loopbaan. Toevallig hield het Meistersextett ook dat jaar op.
Hoewel alle leden van de groep de oorlog hebben overleefd, zijn ze niet meer begonnen aan de vorming van een nieuwe groep Comedian Harmonists.

Bronvermelding

Bronnen, noten en/of referenties:

  • Het leven en de geschiedenis van de Comedian Harmonist is op prachtige wijze vastgelegd in een speelfilm met als titel: The Harmonist. De film kwam uit in 1999 en was onmiddellijk succesvol.
De geschiedenisminnende regisseur Joseph Vilsmaier gebruikte de originele zangpartijen van de toentertijd razend populaire boyband en liet zijn bevlogen acteurs playbacken. Het is een uitstekende film geworden, die terecht is overladen met filmprijzen. Er zijn veel vermakelijke muzikale nummers in de film, maar ook wordt de onheilspellende manier getoond, waarop het nazisme en antisemitisme de structuur van de Duitse samenleving veranderde.
Er is ook een documentaire gemaakt. In 1975 begon Eberhard Fechner de vier in leven zijnde leden te interviewen. Ook sprak hij met de weduwen van de twee overleden zangers. De documentaire bestaat voornamelijk uit oral history en is door Fechner met meesterhand tot een boeiende geschiedschrijving gesmeed. Het einde en de noodgedwongen opsplitsing vormen een dramatisch hoogtepunt in de documentaire.
  • 1) Barbershopstijl is een over het algemeen makkelijk in het gehoor liggende manier van close harmony zingen. Close harmony is te beschouwen als klassieke muziek, gemaakt met alleen de stem, dus zonder instrumentale begeleiding.
  • 2) De kopstem of falsetto is een term uit de zangkunst. Het betreft een manier van zingen waarbij hoge noten kunnen worden bereikt.
rel=nofollow












Jean Cocteau

Jean Maurice Eugène Clément Cocteau (Maisons-Laffitte, 5 juli 1889 – Milly-la-Forêt, 11 oktober 1963) was een Frans dichter, romanschrijver, toneelschrijver, schilder, ontwerper en filmmaker. Cocteau heeft in zijn leven enorm veel geschreven en geproduceerd, en was thuis in bijna alle kunstvormen en was één van de belangrijkste personen binnen het surrealisme.
Zijn bekendste werken zijn het boek Les Enfants terribles (1929), het toneelstuk Les parents terribles en de film La Belle et la Bête (1946).
Cocteau is een tot de verbeelding sprekend kunstenaar. Maar meer nog dan om zijn werk was Cocteau bekend om zijn opmerkelijke leven. Hij omgaf zich met beroemdheden als Sergei Diaghilev van de Ballets Russes, de zangeres Edith Piaf en de schilder Pablo Picasso, en hij raakte geregeld in opspraak vanwege zijn homoseksualiteit en zijn drugsgebruik.

Afkomst en jeugd

Jean Cocteau, zoon van Georges en Eugénie Cocteau, werd op 5 juli 1889 geboren in Maisons-Laffitte, in het noordwesten van het stedelijk gebied van Parijs. Het echtpaar had al twee kinderen: Marthe, geboren in 1877 en Paul, geboren in in 1881.
Het gezin woonde in de winter samen met hun grootouders van moederszijde in een herenhuis in Parijs en in de zomer in Maisons-Laffitte.
Zijn familie was van een solide Parijse bourgeoisie: gecultiveerd, rijk en geïnteresseerd in muziek, schilderkunst en literatuur. Zijn vader - een jurist - tekent uit liefhebberij en op jonge leeftijd begint Jean dat ook te doen. Zijn grootvader is een muziekliefhebber die muzikale sessies in het huis organiseert.
Jean was een verwend maar nerveus kind. Hij had een grillig karakter en was vaak ziek.
De vroegste herinneringen van Cocteau hadden te maken met het theater in populaire vormen, zoals het circus en het ijspaleis, en met serieuze theaters, zoals de tragedies die werden uitgevoerd bij de Comédie-Française.
Op 5 april 1898 - als Jean 9 jaar oud is - pleegt zijn vader zelfmoord. De reden daarvoor is nooit opgehelderd. Het bleef een duister raadsel dat hem altijd blijft achtervolgen en grote invloed op Cocteau heeft uitgeoefend.
In het voorjaar sterft grootmoeder Lecomte. De grootvader blijft bij zijn dochter wonen. Hij zorgt voor Jean en neemt hem elke zondag mee naar concerten op het conservatorium. Op de Wereldtentoonstelling in Parijs van 1900 is Cocteau vol ontzag voor de dansvoorstellingen.
Na een periode van basisonderwijs - die in alle opzichten onder het gemiddelde lag en vaak werd onderbroken door slechte gezondheid - begint hij zijn eerste jaar op de middelbare school aan de Lycée Condorcet. Hij blinkt uit in slechts drie onderwerpen: tekenen, gymnastiek en Duits. Zijn leraren vinden hem intelligent, maar inconsistent, onoplettend en rusteloos.

Eerste publicaties

De toneelspeler Edouard Max introduceerde de 17-jarige Cocteau in de elitewereld van Parijs. Hij organiseerde een séance rond Cocteaus poëzie, waardoor hij in één keer naam maakte. Zonder hem had Cocteau vast nog een lange weg te gaan gehad door al leurende bij uitgevers aan te kloppen.
Cocteau wordt wel gezien als het product van de jaren onmiddellijk voorafgaand aan de Eerste Wereldoorlog; jaren van verfijnde artistieke smaak, zonder politieke onrust. Er heerste een idealistische en optimistische geest in Europa. Die periode werd ook wel de roaring twenties genoemd.
Zijn echte verkenning van de wereld van het theater begon, toen hij met de Ballets Russes in aanraking kwam, geleid door Sergei Diaghilev. Toen Cocteau de wens uitsprak om balletten te maken, daagde Diaghilev hem uit met: "Etonne-moi" ("Verras me").In 1911 schreef hij het libretto voor Le dieu bleu, een ballet voor de Ballets Russes.

Eerste Wereldoorlog

Toen de Eerste Wereldoorlog bezig was, wilde Cocteau het leger in, maar werd afgekeurd. Hij wist een burgerkonvooi te organiseren om aan de frontlinie gewonden op te halen, waarbij hij als chauffeur fungeerde. Dat hield hij vol tot 1917.
Midden in de oorlog kwam Cocteau met Parade uit, een avant-gardeballet, waarvoor onder anderen Pablo Picasso de decorstukken en de kostuums ontwierp en Erik Satie de muziek componeerde. Cocteau en Picasso sloten zich aan bij de groep Ballets Russes van Sergei Diaghilev in Rome om het ballet voor te bereiden. De première van de Parade vond plaats op 18 mei 1917 in het Théâtre de Châtelet. Het publiek en de critici waren meer overbluft dan geërgerd door de muziek van Satie en de sets en kostuums van Picasso. De moderne muziek, het decor, het verhaal; alles was modern en het publiek wist er nog geen raad mee.
Op 12 juli van dat jaar zijn Jean Cocteau, de dichter en schrijver Guillaume Apollinaire en de dichter, schrijver en schilder Max Jacob, getuigen bij het huwelijk van Pablo Picasso en Olga Koklova.

Kritiek

Op een gegeven moment schetst Cocteau in 1919 zijn eigen specifieke kunstgevoel. Ondanks zijn inspanningen om betrokken te worden bij de publicatie van een belangrijk document daarover, wordt Cocteau buitengesloten. In die tijd ook publiceert de schrijver André Gide - een Nobelprijswinnaar - een open brief aan Jean Cocteau in de Nouvelle Revue française waarin hij de dichtbundel Le Cap de Bonne-Espérance (Kaap de Goede Hoop) en het ballet Parade bekritiseert. In hetzelfde artikel citeert Gide Le Coq et le Arlequin (De haan en de harlekijn) als bewijs dat de dichter geen muzikale vaardigheden bezit. Cocteau reageert hierop fel in het literaire tijdschrift Les Ecrits nouveaux , waarop Gide natuurlijk terugschiet. Voor Cocteau sluit deze vervelende polemiek tijdelijk de deur naar de Nouvelle Revue française , waarvoor hij bijdragen leverde.

Productie

In 1920 ontmoet hij de zestienjarige Raymond Radiguet, wat uitgroeit tot een liefdesverhouding. In datzelfde jaar wordt Cocteau de verdediger en grote inspirator van jonge musici, die al snel bekendheid verwerven als de "Groupe de Six". Hij brengt juni en het grootste deel van juli door in Londen met Darius Milhaud om de Engelse productie van Le Bœuf sur le toit in het London Coliseum te verfijnen. In oktober komt Cocteau uit met het boek Thomas l'imposteur (Thomas de bedrieger), waar in 1964 ook een film van is gemaakt.
Op 12 december sterft Radiguet bij gebrek aan onvoldoende medische begeleiding aan tyfus. De totaal ingestorte Cocteau woont de begrafenis niet bij. Enige tijd later nemen Serge Diaghilev, Auric en Poulenc een radeloze Cocteau mee naar Monte-Carlo. Ze geven hem de raad om troost te zoeken in de opium, wat bij Cocteau tot verslaving leidt. Intussen werkt hij aan plannen voor het ballet Le Train bleu. In 1925, ondergaat Cocteau - op aandringen van vrienden - een behandeling voor zijn opiumverslaving in de Clinique des Thermes Urbains.
Een periode van intense creativiteit volgt waarin veel werk van hem wordt gepubliceerd. In het jaar daarna schrijft hij het libretto voor de opera-oratorium Oedipus Rex voor Stravinsky die vanaf half januari aan de muziek werkt. In mei 1927 was de première, waarbij het werk niet onverdeeld gunstig werd ontvangen. In december vond in de Galerie des Quatre Chemins een tentoonstelling van ongewone objecten en tekeningen plaats met de titel Poésie plastique (Gebeeldhouwde poëzie). Het was een eerste pogingen van Cocteau tot creatie van een moderne post-kubistische kunst in Frankrijk Op 16 december 1927 première van de opera Pauvre matelot (The Poor Sailor), met muziek van Darius Milhaud. Cocteau voltooit La voix humaine (The Human Voice) en schrijft Le Livre blanc (The White Book). Op 28 december gaat de opera Antigone in première in het Théâtre de la Monnaie in Brussel met muziek van Honegger.

Eind november 1928 checkt hij in bij een kliniek in Saint-Cloud in voor een nieuwe poging tot afkicken. 1929 Maakt tekeningen, begint aan het boek Opium, journal d'une désintoxication en schrijft in drie weken Les Enfants terribles (Children of the Game), dat zeer gunstig wordt ontvangen. In het boek Opium beschrijft Cocteau's het herstel van zijn verslaving aan opium. Eind augustus 1931 blijkt hij besmet te zijn met tyfus en moet hij veertig dagen in een kliniek doorbrengen. Kort daarop begon hij weer met opium te roken. In 1933 ondergaat hij weer een kuur om daar van af te raken. Terwijl ze audities houden voor Oedipus Rex, merkt Cocteau Jean Marais op, en geeft hem een rol in het koor.

Cineast

Cocteau debuteerde pas op de relatief late leeftijd van 41 jaar als cineast. Cinema was destijds nog relatief jong, maar de regels van het medium leken al vast te liggen. Cocteau ging echter dapper en volstrekt autodidact zijn eigen koers, en heeft vervolgens een klein maar interessant oeuvre bij elkaar gefilmd. Zijn films worden tegenwoordig nog steeds bekeken en gewaardeerd vanwege hun unieke stijl en sfeer. La Belle et la Bête, Orphée en andere films waren succesvol De film Orphée uit 1950 wordt algemeen beschouwd als zijn meesterwerk. Het is een zichzelf mythologiserend portret van de gekwelde kunstenaar, die te kampen heeft met innerlijke demonen, zijn schrijverschap, liefde, dood en de confrontatie met zijn publiek.

Laatste jaren

Tijdens de herfst van zijn leven leidt Cocteau een betrekkelijk rustig bestaan. Hij komt met name in het nieuws door zijn toetreding tot de Académie Francaise in 1955 en de fresco’s die hij schildert in plaatsen aan de Côte d’Azur.
Hoewel hij op hoge leeftijd is, komt zijn dood toch nog vrij onverwacht. In oktober 1963 serft hij in Milly-la-Forêt. Cocteau ligt begraven in het kleine kapelletje van Milly-la-Forêt, een dorpje nabij Fontainebleau. Je reste avec vous staat in guirlande-schrift op zijn graf geschreven.

Bronvermelding

Bronnen, noten en/of referenties:
1)Le train bleu is een ballet van één acte, gechoreografeerd door Bronislava Nijinska op muziek van Darius Milhaud voor Serge Diagilevs Ballets Russes, gebaseerd op een scenario van Jean Cocteau. De titel was afkomstig van de nachttrein genaamd Le Train Bleu, die rijke passagiers van Calais naar de Middellandse Zee vervoerde. Le Train bleu beleefde zijn première op 20 juni 1924.

  • 2)
rel=nofollow
















Dit is een artikel uit de serie:
Bekende melodie,
onbekende componist
Si j'etais Roi
Menuet, Kwintet opus 13, nr. 5
Le Calife de Bagdad
On hearing the first Cukoo in Spring
Berceuse de Jocelyn
Plaisir d' Amour
Die lustigen Weiber von Windsor
De Urendans, La Giaconda
Dona Diana, Moretto









































































Dit is een artikel uit de serie:
Bekende melodie,
onbekende componist
Si j'etais Roi
Menuet, Kwintet opus 13, nr. 5
Le Calife de Bagdad
On hearing the first Cukoo in Spring
Berceuse de Jocelyn
Plaisir d' Amour
Die lustigen Weiber von Windsor
De Urendans, La Giaconda
Dona Diana, Moretto




Dit is een artikel uit de serie:
Bekende melodie,
onbekende componist
Si j'etais Roi
Menuet, Kwintet opus 13, nr. 5
Le Calife de Bagdad
On hearing the first Cukoo in Spring
Berceuse de Jocelyn
Plaisir d' Amour
Die lustigen Weiber von Windsor
De Urendans, La Giaconda
Dona Diana, Moretto


























i=1




 
Ψ (x⃗,t)

















De stad Montfort-L'Amaury in eerbetoon aan Maurice Ravel die in dit huis van 1921 tot 1937 woonde Ravel se fixa à Montfort-l'Amaury en 1921. Sa maison, le Belvédère, conservée en l'état selon la volonté de son frère, abrite un musée depuis 1971 et fait l’objet d’une inscription auprès des monuments historiques depuis 199459. Français : Maison dite du Belvédère de Maurice Ravel à Montfort-l'Amaury (Yvelines, France) Date 20 November 2006 Source Cliché personnel, own work Author ℍenry Salomé (Jaser !) 08:17, 21 November 2006 (UTC) Object location 48° 46′ 34.28″ N, 1° 48′ 19.4″ E Kartographer map based on OpenStreetMap. View this and other nearby images on: OpenStreetMap - Google Earth info Licensing[edit] The copyright holder of this work, hereby publish it under the following licenses: GNU head Permission is granted to copy, distribute and/or modify this document under the terms of the GNU Free Documentation License, Version 1.2 or any later version published by the Free Software Foundation; with no Invariant Sections, no Front-Cover Texts, and no Back-Cover Texts. A copy of the license is included in the section entitled GNU Free Documentation License.


























OPVS FUNDATUM VATICANVM
Josephvs Ratzinger - Benedictvs XVI
- Cooperatores Veritatis -

OPUS FUNDUM VATICANUM
Josephus Ratzinger - Benedictus XVI
- Cooperatores Veritatis -









Priemgetallen blijken niet zo willekeurig te zijn als men eerder had aangenomen.



span>

Ook in de bioscoop werden antifascistische acties uitgevoerd

|}


Enkele breuken hebben een eigen naam:

  • 12

≈12  1 /1 = 1

  • 2 0 /12 = 1
  • 2 1 /12 = 1,059463094
  • 2 2 /12 = 1,122462048


 x /4

 L /C 


Zijn eerste composities schreef Elgar voor amateurs.

"Heeft men een goed boek uitgelezen, dan is het alsof men van een goede vriend afscheid neemt."

Het ballet veroorzaakte een enorm schandaal.


Priemgetallen blijken niet zo willekeurig te zijn als men eerder had aangenomen.

Op een gegeven moment stelt hij vast,

dat het een verloren zaak is.


Een streamer bevat een zeer korte
tekst van twee of drie regels.

  • Het schrijven van de Magister Ludi aan de Pedagogische Dienst

|}

.....dat hij al tekenen waarneemt, dat in de nabije toekomst Het Kralenspel
als eerste verloren zal gaan.


{{Overline| (12)}} om ergens een lijntje boven te trekken
{{Overline|24}}

12
24


12
--
24

Breuken

 
Bestand:Rmath.png 
 


Als dit in een zin staat






a bc: a b/c (geheel getal, teller en noemer) ab: a/b (teller en noemer) 1a: 1/a (alleen noemer)

12
--
24


{{Overline|a}}



12
24



a



{{Overline|24}}

12
24

Sjabloon:I =vbreuk
In deze theoretische verhandeling, wordt de vergelijking: S =  A /L geïntroduceerd.
Hierbij is:

  • S de stroom
  • A de spanning
  • L de weerstand

Later zijn deze letters vervangen door de huidige notatie: I =  U /R

sin α = sin 32 0 + 18 + [ ( 44 ) / 60 ) / 60 ] = sin 32,3122 0 = 0,5345 24

Schrijfwijze

Het hoofdtelwoord geeft de teller van een breuk weer, het rangtelwoord de noemer.

  •  1 / 5  een vijfde,  7 /10 zeven tiende, 1  2 /6 een twee zesde.
  • 11  1 /5 elf en een vijfde, elf een vijfde, of elf gehelen en een vijfde.

Enkele breuken hebben een eigen naam:


Een derde lijkt een eigen naam te hebben. Het is als breuk een "gewone" combinatie (derde is het rangtelwoord van drie):

  •  1 / 3  een derde (dus niet eenderde)
  •  2 /3 twee derde.

 sina /cosa

  •  30-10 /5

 60 /24/60

Rv =  1 /1R1 + R2 +......Rn


 1 / 5 

 - /x(t)


x(t) = v • t + x0 =  dx /dtt + x0


 y(p) /x(p) =  K • G(p) /1 + [K • G(p) • H(p)]


sin α = sin 32 0 + 18 + [ ( 44 ) / 60 ) / 60 ] = 0 = 0,5345 24

sin a = sin 32 + 18 +  44 /60/60 = sin 32,3122



Groter

Op een gegeven moment meent hij, dat hij de zin van het Spel dicht is genaderd, maar denkt toch dat hij dit niet tot zijn beroep moet maken.

23 • 60 • 60 = 82.800


128 4/ 7 0 achtenveertig achtenveertig

  • P = U • I • cos φ
  • P = 3U f • I f • cos φ

waarbij:

  • U f = U fase en I f = I fase
  • P = 3 U fase• I fase • cos φ
Moon River, Goodnight Moon, Moon Cloud, Dark of the Moon




































Δ BCD ~ Δ ABC


Franciscus 7 feb 2015 12:31 (CET)