Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Amadou-Mahtar M'Bow: verschil tussen versies

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
(https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Amadou-Mahtar_M%27Bow&oldid=55073048 16 nov 2019 -e- 2001:1c06:1c4:b900:35dc:e15c:b8e:2a10 11 nov 2019 vert Duitse Wiki en Franse Wiki)
 
Geen bewerkingssamenvatting
 
Regel 3: Regel 3:
Van 15 november [[1974]] tot 14 november [[1987]], twee ambtstermijnen, was hij directeur-generaal van [[UNESCO]].
Van 15 november [[1974]] tot 14 november [[1987]], twee ambtstermijnen, was hij directeur-generaal van [[UNESCO]].


Toen M'Bow een jongeman van 18 jaar oud was en Senegal nog een Franse kolonie was, moest hij in militaire dienst, en nam als Frans soldaat in 1940 en van 1943-1945 deel aan de gevechten in de [[Tweede Wereldoorlog]]. Na de oorlog studeerde hij eerst voor vliegtuigbouwkundig ingenieur; deze studie brak hij af, en hij ging aan de [[Universiteit van Parijs|Sorbonne]] in [[Parijs]] moderne literatuur studeren.
==Leven==
Van 1951-1953 was hij leraar in [[Rosso (stad)|Rosso]] in [[Mauretanië]].
Toen M’Bow een jongeman van 18 jaar oud was en Senegal nog een Franse kolonie was, moest hij in militaire dienst, en nam als Frans soldaat in 1940 en van 1943-1945 deel aan de gevechten in de [[Tweede Wereldoorlog]]. Na de oorlog studeerde hij eerst voor vliegtuigbouwkundig ingenieur; deze studie brak hij af, en hij ging aan de [[Universiteit van Parijs|Sorbonne]] in [[Parijs]] moderne literatuur studeren. Van 1951-1953 was hij leraar in [[Rosso (stad)|Rosso]] in [[Mauretanië]]. Daarna was hij tot [[1966]] leraar aardrijkskunde en geschiedenis in Senegal, o.a. in [[Saint-Louis (Senegal)]] en aan een lerarenopleidingsschool in [[Dakar]]. In [[1965]] was hij voorzitter van een in [[Abidjan]] gehouden conferentie van onderwijsexperts, die ten doel had, het tot dan toe sterk op het ’koloniale moederland’ Frankrijk georiënteerde aardrijkskunde- en geschiedenisonderwijs in de voormalige Franse koloniën in Afrika te hervormen.
Daarna was hij tot [[1966]] leraar aardrijkskunde en geschiedenis in Senegal, o.a. in [[Saint-Louis (Senegal)]] en aan een lerarenopleidingsschool in [[Dakar]]. In [[1965]] was hij voorzitter van een in [[Abidjan]] gehouden conferentie van onderwijsexperts, die ten doel had, het tot dan toe sterk op het "koloniale moederland" Frankrijk georiënteerde aardrijkskunde- en geschiedenisonderwijs in de voormalige Franse koloniën in Afrika te hervormen.


Al in 1957-1958 was M'Bow [[minister]] van Onderwijs en Cultuur binnen de regering van het tot dan toe beperkt autonome Senegal. Hij zette zich in voor totale onafhankelijkheid, welke in [[1960]] werkelijkheid werd.
Al in 1957-1958 was M’Bow [[minister]] van Onderwijs en Cultuur binnen de regering van het tot dan toe beperkt autonome Senegal. Hij zette zich in voor totale onafhankelijkheid, die in [[1960]] werkelijkheid werd. Van 1966-1969 bekleedde hij twee verschillende ministersposten in zijn vaderland, op het gebied van onderwijs- en jeugdbeleid.
Van 1966-1969 bekleedde hij twee verschillende ministersposten in zijn vaderland, op het gebied van onderwijs- en jeugdbeleid.


In [[1970]] werd M'Bow gekozen tot onderdirecteur afdeling onderwijs van UNESCO. Vier jaar later volgde zijn benoeming tot directeur-generaal van deze [[Verenigde Naties|VN]]-organisatie. Hij was de eerste [[Afrika]]an, die een dergelijke organisatie leidde.
In [[1970]] werd M’Bow gekozen tot onderdirecteur afdeling onderwijs van UNESCO. Vier jaar later volgde zijn benoeming tot directeur-generaal van deze [[Verenigde Naties|VN]]-organisatie. Hij was de eerste [[Afrika]]an, die een dergelijke organisatie leidde.


In [[1978]] nam UNESCO in een officieel rapport stelling tegen [[racisme]], omdat dat geen wetenschappelijke basis heeft.
In [[1978]] nam UNESCO in een officieel rapport stelling tegen [[racisme]], omdat dat geen wetenschappelijke basis heeft.


In 1980 bracht een UNESCO-commissie, geleid door [[Seán MacBride]], een winnaar van de [[Nobelprijs voor de Vrede]], en waarin ook [[Gabriel García Márquez]] en [[Jan Pronk (politicus)|Jan Pronk]] zitting hadden, een rapport uit met de titel '''Many Voices One World'''. In dit rapport werd o.a. gepleit voor een evenwichtiger verdeling van informatie onder de titel: ''Nieuwe wereldwijde informatie- en communicatie-orde'': zowel bronnen ( persbureaus), middelen ( radio, TV, persbureaus en het -nog in de kinderschoenen staande- [[internet]]), als ook toegang tot die bronnen, als ook de mogelijkheid om journalistiek meningen te uiten en nieuws te verspreiden. Te veel informatie was afkomstig uit de [[Verenigde Staten]] en de [[Sovjet-Unie]] en was door die landen politiek gekleurd. Men bedenke, dat in die tijd de helft van alle zeer krachtige computers in de VS stonden, en de Amerikaanse persbureaus wereldwijd (te??) invloedrijk waren. Ook hadden landen uit de zgn. [[Derde Wereld]] te weinig invloed op de wereldwijde informatievoorziening: integendeel, de wereldmachten verzorgden nog propagandistisch gekleurde uitzendingen, gericht op die landen en hun bevolkingen. Daarnaast was er sprake van onrechtvaardige beperkingen van journalisten in het uitoefenen van hun werk.
In 1980 bracht een UNESCO-commissie, geleid door [[Seán MacBride]], een winnaar van de [[Nobelprijs voor de Vrede]], en waarin ook [[Gabriel García Márquez]] en [[Jan Pronk (politicus)|Jan Pronk]] zitting hadden, een rapport uit met de titel '''Many Voices One World'''. In dit rapport werd o.a. gepleit voor een evenwichtiger verdeling van informatie onder de titel: ''Nieuwe wereldwijde informatie- en communicatie-orde'': zowel bronnen (persbureaus), middelen (radio, TV, persbureaus en het nog in de kinderschoenen staande [[internet]]), als ook toegang tot die bronnen, als ook de mogelijkheid om journalistiek meningen te uiten en nieuws te verspreiden. Te veel informatie was afkomstig uit de [[Verenigde Staten]] en de [[Sovjet-Unie]] en was door die landen politiek gekleurd. Men bedenke, dat in die tijd de helft van alle zeer krachtige computers in de VS stonden, en de Amerikaanse persbureaus wereldwijd (te??) invloedrijk waren. Ook hadden landen uit de zogenaamde [[Derde Wereld]] te weinig invloed op de wereldwijde informatievoorziening: integendeel, de wereldmachten verzorgden nog propagandistisch gekleurde uitzendingen, gericht op die landen en hun bevolkingen. Daarnaast was er sprake van onrechtvaardige beperkingen van journalisten in het uitoefenen van hun werk.


De regeringen van de Verenigde Staten en het [[Verenigd Koninkrijk]] beschouwden dit (door M'Bow nog als compromis met het Westen aangepaste) rapport en het in hun ogen te linkse concept van de ''Nieuwe wereldwijde informatie- en communicatie-orde'' als een aanval op de [[persvrijheid]]. Mede omdat UNESCO in die tijd ook een aantal anti-Israëlische resoluties aannam ( die in hun ogen [[antisemitisme|antisemitisch]] waren), trokken die landen zich in 1984 tijdelijk uit UNESCO terug. Deze organisatie kwam daardoor in een financiële crisis terecht. Dit alles, en het verwijt dat M'Bow managementfouten zou hebben gemaakt, verhinderde zijn herverkiezing in 1987. Pas aan het einde van de [[Koude Oorlog]] werd deze crisis opgelost.
De regeringen van de Verenigde Staten en het [[Verenigd Koninkrijk]] beschouwden dit (door M’Bow nog als compromis met het Westen aangepaste) rapport en het in hun ogen te linkse concept van de ''Nieuwe wereldwijde informatie- en communicatie-orde'' als een aanval op de [[persvrijheid]]. Mede omdat UNESCO in die tijd ook een aantal anti-Israëlische resoluties aannam (die in hun ogen [[antisemitisme|antisemitisch]] waren), trokken die landen zich in 1984 tijdelijk uit UNESCO terug. Deze organisatie kwam daardoor in een financiële crisis terecht. Dit alles, en het verwijt dat M’Bow managementfouten zou hebben gemaakt, verhinderde zijn herverkiezing in 1987. Pas aan het einde van de [[Koude Oorlog]] werd deze crisis opgelost.


Tegen de achtergrond van deze situatie, maakte M'Bow zich op voortreffelijke wijze sterk voor de Derde-Wereldlanden en de belangen van Afrika. Hij streefde er ook naar, aan UNESCO extra taken te geven om de ontwikkelingsproblemen van Afrika, Azië en Latijns-Amerika te bestrijden.
Tegen de achtergrond van deze situatie, maakte M’Bow zich op voortreffelijke wijze sterk voor de Derde-Wereldlanden en de belangen van Afrika. Hij streefde er ook naar, aan UNESCO extra taken te geven om de ontwikkelingsproblemen van Afrika, Azië en Latijns-Amerika te bestrijden.


M’Bow was van juni [[2008]] tot en met mei [[2009]] een jaar lang voorzitter van een deels door de politieke oppositie in Senegal opgerichte pressiegroep met de naam ''Assises nationales du Sénégal'', die de diverse binnenlandse problemen in Senegal met de regering besprak en deze onder druk zette om hervormingen tot stand te brengen.


M'Bow is van juni [[2008]] tot en met mei [[2009]] nog een jaar lang voorzitter geweest van een -deels door de politieke oppositie in Senegal opgerichte - pressiegroep met de naam ''Assises nationales du Sénégal'', die de diverse binnenlandse problemen in Senegal met de regering besprak en deze onder druk zette om hervormingen tot stand te brengen.
M’Bow is in Frankrijk geëerd met de onderscheiding ''Commandeur in het [[Legioen van Eer]].''
 
M'bow is in Frankrijk geëerd met de onderscheiding ''Commandeur in het [[Legioen van Eer]].''
Enige tientallen universiteiten van over de hele wereld hebben hem een [[eredoctoraat]] verleend.
Enige tientallen universiteiten van over de hele wereld hebben hem een [[eredoctoraat]] verleend.


{{commonscat|Amadou-Mahtar M'Bow}}
{{commonscat|Amadou-Mahtar M'Bow}}
{{authority control|TYPE=p|Wikidata=Q740168 }}
{{authority control|TYPE=p|Wikidata=Q740168 }}
{{DEFAULTSORT:M'Bow, }}  
{{DEFAULTSORT:Mbow, Amadou}}  
[[Categorie:UNESCO]]
[[Categorie:UNESCO]]
[[Categorie:Senegalees politicus]]
[[Categorie:Senegalees politicus]]
[[Categorie:Senegalees wetenschapper]]
[[Categorie:Senegalees wetenschapper]]
[[Categorie:Geboren in 1921]]

Huidige versie van 26 nov 2019 om 15:55

Amadou-Mahtar M'Bow, geboren op 20 maart 1921 in Dakar, Senegal is een voormalig politicus uit Senegal.

Van 15 november 1974 tot 14 november 1987, twee ambtstermijnen, was hij directeur-generaal van UNESCO.

Leven

Toen M’Bow een jongeman van 18 jaar oud was en Senegal nog een Franse kolonie was, moest hij in militaire dienst, en nam als Frans soldaat in 1940 en van 1943-1945 deel aan de gevechten in de Tweede Wereldoorlog. Na de oorlog studeerde hij eerst voor vliegtuigbouwkundig ingenieur; deze studie brak hij af, en hij ging aan de Sorbonne in Parijs moderne literatuur studeren. Van 1951-1953 was hij leraar in Rosso in Mauretanië. Daarna was hij tot 1966 leraar aardrijkskunde en geschiedenis in Senegal, o.a. in Saint-Louis (Senegal) en aan een lerarenopleidingsschool in Dakar. In 1965 was hij voorzitter van een in Abidjan gehouden conferentie van onderwijsexperts, die ten doel had, het tot dan toe sterk op het ’koloniale moederland’ Frankrijk georiënteerde aardrijkskunde- en geschiedenisonderwijs in de voormalige Franse koloniën in Afrika te hervormen.

Al in 1957-1958 was M’Bow minister van Onderwijs en Cultuur binnen de regering van het tot dan toe beperkt autonome Senegal. Hij zette zich in voor totale onafhankelijkheid, die in 1960 werkelijkheid werd. Van 1966-1969 bekleedde hij twee verschillende ministersposten in zijn vaderland, op het gebied van onderwijs- en jeugdbeleid.

In 1970 werd M’Bow gekozen tot onderdirecteur afdeling onderwijs van UNESCO. Vier jaar later volgde zijn benoeming tot directeur-generaal van deze VN-organisatie. Hij was de eerste Afrikaan, die een dergelijke organisatie leidde.

In 1978 nam UNESCO in een officieel rapport stelling tegen racisme, omdat dat geen wetenschappelijke basis heeft.

In 1980 bracht een UNESCO-commissie, geleid door Seán MacBride, een winnaar van de Nobelprijs voor de Vrede, en waarin ook Gabriel García Márquez en Jan Pronk zitting hadden, een rapport uit met de titel Many Voices One World. In dit rapport werd o.a. gepleit voor een evenwichtiger verdeling van informatie onder de titel: Nieuwe wereldwijde informatie- en communicatie-orde: zowel bronnen (persbureaus), middelen (radio, TV, persbureaus en het – nog in de kinderschoenen staande – internet), als ook toegang tot die bronnen, als ook de mogelijkheid om journalistiek meningen te uiten en nieuws te verspreiden. Te veel informatie was afkomstig uit de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie en was door die landen politiek gekleurd. Men bedenke, dat in die tijd de helft van alle zeer krachtige computers in de VS stonden, en de Amerikaanse persbureaus wereldwijd (te??) invloedrijk waren. Ook hadden landen uit de zogenaamde Derde Wereld te weinig invloed op de wereldwijde informatievoorziening: integendeel, de wereldmachten verzorgden nog propagandistisch gekleurde uitzendingen, gericht op die landen en hun bevolkingen. Daarnaast was er sprake van onrechtvaardige beperkingen van journalisten in het uitoefenen van hun werk.

De regeringen van de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk beschouwden dit (door M’Bow nog als compromis met het Westen aangepaste) rapport en het in hun ogen te linkse concept van de Nieuwe wereldwijde informatie- en communicatie-orde als een aanval op de persvrijheid. Mede omdat UNESCO in die tijd ook een aantal anti-Israëlische resoluties aannam (die in hun ogen antisemitisch waren), trokken die landen zich in 1984 tijdelijk uit UNESCO terug. Deze organisatie kwam daardoor in een financiële crisis terecht. Dit alles, en het verwijt dat M’Bow managementfouten zou hebben gemaakt, verhinderde zijn herverkiezing in 1987. Pas aan het einde van de Koude Oorlog werd deze crisis opgelost.

Tegen de achtergrond van deze situatie, maakte M’Bow zich op voortreffelijke wijze sterk voor de Derde-Wereldlanden en de belangen van Afrika. Hij streefde er ook naar, aan UNESCO extra taken te geven om de ontwikkelingsproblemen van Afrika, Azië en Latijns-Amerika te bestrijden.

M’Bow was van juni 2008 tot en met mei 2009 een jaar lang voorzitter van een deels door de politieke oppositie in Senegal opgerichte pressiegroep met de naam Assises nationales du Sénégal, die de diverse binnenlandse problemen in Senegal met de regering besprak en deze onder druk zette om hervormingen tot stand te brengen.

M’Bow is in Frankrijk geëerd met de onderscheiding Commandeur in het Legioen van Eer. Enige tientallen universiteiten van over de hele wereld hebben hem een eredoctoraat verleend.

Wikimedia Commons  Zie ook de categorie met mediabestanden in verband met Amadou-Mahtar M'Bow op Wikimedia Commons.

rel=nofollow
rel=nofollow