Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Fred Spijkers
Fred Spijkers | ||
Algemene informatie | ||
Volledige naam | Jacob Joseph Spijkers | |
Geboren | 17 juni 1946 | |
Nationaliteit | Nederland | |
Beroep | maatschappelijk werker |
Fred Spijkers (17 juni 1946) is een Nederlands maatschappelijk werker en klokkenluider.
Spijkers werkte vanaf juli 1984 als bedrijfsmaatschappelijk werker voor de afdeling personeelszaken van de Koninklijke Marine van het ministerie van Defensie. Omdat hij als klokkenluider optrad over een affaire om ondeugdelijke landmijnen kwam hij in een juridisch conflict met zijn werkgever dat tot 2010 heeft geduurd.[1]
Aanleiding: Landmijnenaffaire
Op 14 september 1984 kwam tijdens een oefening mijnexpert Rob Ovaa om het leven bij een ongeluk met een mijn. Spijkers, net in functie, kreeg de opdracht de vrouw van Ovaa te vertellen dat haar man door eigen nalatigheid was omgekomen. Tijdens het gesprek met de weduwe op 14 september 1984 maakte Spijkers duidelijk dat hij was gestuurd maar niet achter zijn boodschap stond. Spijkers had het vermoeden dat mijnen van het betreffende type AP-23 van het voormalige Nederlandse staatsbedrijf Eurometaal ondeugdelijk waren; een jaar eerder had ook een dodelijk ongeluk plaatsgevonden. Hierbij waren zes dienstplichtigen omgekomen. Spijkers begon een onderzoek en ontdekte dat de ondeugdelijkheid van dit type mijnen al sinds 1970 intern bekend was.[2]
Klokkenluiderszaak Spijkers
Na de melding door Spijkers liet zijn chef door de Marine Inlichtingendienst en Landmacht Inlichtingendienst een onderzoek uitvoeren naar Spijkers. Op 13 mei 1986 gaf de Landmacht Inlichtingendienst Spijkers de kwalificatie "politiek crimineel" mee.[bron?] In 1987 werd Spijkers psychiatrisch onderzocht. Hij werd als paranoïde en schizofreen omschreven, en kwam dat jaar in de WAO terecht. Later stelde het Haags Gerechtshof vast dat het psychiatrisch onderzoek waarop deze maatregel gebaseerd was vervalst is door Defensie.[3]
In 1987 werd hij van zijn functie ontheven en in 1997 ontslagen[4].
Intimidatie
In 1989 werd Spijkers door twee militairen beschoten; het duo kwam er met een disciplinaire straf vanaf.[bron?] Per 1 september 1998 werd betaling van zijn inkomen en zijn pensioenvoorziening gestaakt.[bron?]
Op 18 oktober 2005 maakte Spijkers in het programma Nova bekend dat hij enkele jaren eerder door toenmalig staatssecretaris van Defensie Henk van Hoof was bedreigd met "een dodelijk wapen" als hij de stukken waarover hij beschikte naar buiten zou brengen.[5]
Erkenning
Na jarenlange strijd volgde bemiddeling door de Nationale Ombudsman en een onderzoek door KPMG. In een zogeheten vaststellingsovereenkomst erkende het ministerie van Defensie op 29 november 2002 dat het Spijkers, de Tweede Kamer, de media en de samenleving achttien jaar lang systematisch had misleid[6].
Spijkers werd in deze overeenkomst een schadevergoeding toegezegd, plus een vergoeding van juridische en medische kosten, hij zou worden gerehabiliteerd en zijn dossiers zouden worden geschoond van kwalificaties als "politiek crimineel" en "politiek psychiatrisch geval". Ook Marjolein Ovaa en haar twee kinderen kregen een schadevergoeding. Spijkers en Ovaa zouden beiden koninklijk worden onderscheiden. Ook zou Spijkers wachtgeld ontvangen over de periode 1993 - 2011.
Uitvoering compensatieregeling
Spijkers ontving in 2003 een onbelaste schadevergoeding van 1,6 miljoen euro. Op 29 augustus 2005 meldde Van der Knaap dat hij de juridische en medische kosten van Spijkers niet zou vergoeden. In september 2005 kreeg Spijkers in strijd met de gemaakte afspraken toch een belastingaanslag van 900 duizend euro opgelegd over de toegekende schadevergoeding.
Geheim archief
Van der Knaap liet de Tweede Kamer op 29 augustus 2005 weten dat de archiefstukken over de affaire pas 50 tot 70 jaar na de dood van Spijkers openbaar zullen worden.[bron?] De stukken liggen opgeslagen in een speciale ruimte van het Nationaal Archief, uitsluitend toegankelijk met een combinatie van twee unieke elektronische pasjes waarvan een in bewaring bij een notaris. Dit archief is tot minimaal 2026 uitsluitend door de minister of staatssecretaris in te zien.[7]
De geheimhouding rond het archief biedt voeding voor verschillende speculaties. Zo zouden zich in het archief stukken bevinden over de val van Srebrenica[8] en zouden er bewijzen zijn dat de mijnen tot ontploffing gekomen zijn bij de vuurwerkramp in Enschede.[9]
Onderscheidingen
- 1999: Rooie Reus-Prijs.
- 2003: Na Kamervragen door het Kamerlid Krista van Velzen zorgde staatssecretaris van Defensie Van der Knaap er alsnog voor dat Spijkers op 27 november 2003 werd benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau.[10]
- 2008: Philip Brouwer Integriteitsprijs
Externe links
Bronvermelding
Bronnen, noten en/of referenties:
- º [1]
- º Gang van zaken rond AP-23 mijn onthutsend, Nationale Ombudsman, 20 april 1999
- º 'Hof: Defensie vervalste psychiatrisch rapport' Trouw, 22 oktober 1999
- º [2]
- º interview Fred Spijkers, Nova, 18 oktober 2005
- º Vaststellingsovereenkomst van 29 november 2002 tussen de heer J.J. Spijkers en de Staat der Nederlanden
- º 'Convenant in verband met bewaring van de collectie betreffende de heer J.J. Spijkers', 26 november 2006
- º 'SP wil opheldering over 'Srebrenica-doofpot' ', Trouw, 28 januari 2008
- º 'Mogelijk militaire explosieven bij Fireworks' Tubantia, 19 oktober 2005
- º Lintje voor de grootste plaaggeest van Defensie, Trouw, 28 november 2003