Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Nicolaas Emanuel Frederik von Gumoëns
Nicolaas Emanuel Frederik von Gumoëns (Orbe (Zwitserland), 19 april 1790 - Antwerpen, 29 december 1832) was een Nederlands (van oorsprong Zwitsers) kolonel, ridder in de Militaire Willems-Orde vierde klasse.
Opleiding
Von Gumoëns behoorde tot een der oudste adellijke geslachten van Waadland, die in het begin van de zeventiende eeuw tot het patriciaat van Bern werd toegelaten. Hij was de zoon van luitenant-kolonel Sigismond Emmanuel von Gumoëns, die in 1798, tijdens het binnentrekken der Fransen in Zwitserland, werd vermoord en de kleinzoon van generaal-majoor Nicolaas von Gumoëns (1730-1800), die als chef en eigenaar van het Berns regiment van zijn naam, in Hollandse dienst, zich door zijn dapperheid, in de veldtochten van 1793 en 1794 bijzonder onderscheidde. Von Gumoëns werd opgevoed door zijn verwant, de Heer von Mülinen, en werd door diens invloed toegelaten tot de Keizerlijke Ingenieurs Academie te Wenen. Op 15-jarige leeftijd werd hij in 1805, bij het uitbreken van de oorlog, vaandrig in het Regiment van de Prins van Ligne. Hij muntte in 1809 (als luitenant) in Polen, bij de gevechten van Raschin en Jedlinsko, uit onder de bevelen van Ferdinand Karel Jozef van Oostenrijk-Este. Tijdens deze veldtocht werd Von Gumoëns te Villanof, beneden Warschau, omsingeld door de vijand en sprong hij, onder een regen van kogels, in de Weichsel om zich niet behoeven over te geven. Hij werd hiervoor bevorderd tot luitenant bij de grenadiers.
Loopbaan
Nadat na de vrede van Wenen Oostenrijk de bondgenoot van Frankrijk was geworden, verzocht Von Gumoëns zijn ontslag uit Oostenrijkse dienst (waarbij hij zeer goede referenties kreeg van de Prins van Ligne). Hij vertrok naar Spanje en, teneinde de door de Fransen bezette havens te vermijden, reisde via Hongarije, Slavonië, Bosnië en Romelie naar Salonica, waar hij aartshertog Frans aantrof, de broer van aartshertog Ferdinand, onder wie hij in Polen gediend had. In diens gevolg scheepte hij zich in te Smyrna, bezocht met de aarsthertog de bouwvallen van Efeze en Pergamon, en volgde hem daarna over Malta en Sicilië naar Cagliari, aan het hof van de Koning van Sardinië). Van hier reisde hij over Gibraltar naar Kadix, waar hij in 1811 aankwam. Door het Spaanse regentschap tot kapitein benoemd, kwam hij onder de bevelen van de Engelse luitenant-generaal Charles Doijle, die zijn hulp bij de verdediging van Kadix op prijs stelde en Von Gumoëns benoemde tot zijn adjudant en hem bij zich hield tot het beleg om Kadix werd opgeheven. Von Gumoëns verkreeg toen toestemming om zich bij het Engels-Spaanse leger, op de kusten van de Middellandse Zee te begeven en werd aan de staf van de voorhoede, gecommandeerd door kolonel Frederic Adam, toegevoegd. Hij hielp bij het verdrijven van de vijand uit de koninkrijken van Valencia en Catalonië en woonde de inname van Tarragona en de vesting Balaguer, alsmede de gevechten van Ordal en Vila Franca bij. Door zijn beleid werd, te Ordal, de voorhoede van 2400 man gered (13 september 1813). Omdat kolonel Adam intussen gewond was nam Von Gumoëns het bevel van diens corps op zich, dat hij, na vele bloedige gevechten, in goede orde naar Tarragona terugvoerde.
Na het einde van de veldtocht in Catalonië nam hij eervol ontslag (als luitenant-kolonel) van de Spaanse regering en volgde Lord William Bentinck als stafofficier naar Italië. Hij verbleef te Genua tot op het sluiten van de Vrede van Parijs en verliet de Engelse dienst met de schriftelijke verklaring, onder andere van Lord William, dat hij, wegens zijn beleid en dapperheid te Ordal, de bewondering der Engelse en Spaanse krijgslieden, van de chef tot de geringste soldaat, had verkregen. Op 10 januari 1816 trad Von Gumoëns als majoor van de staf in dienst van het Nederlandse leger en werd in maart van dat jaar bij de staf van de kwartiermeester-generaal overgeplaatst. Hij werd belast met de militaire verkenningen in de zuidelijke provincies (met name de afdeling tussen Schelde en Maas). In december 1826 werd Von Gumoëns eervol tot de rang van luitenant-kolonel bij de Generale Staf benoemd, en diende in deze betrekking toen de Parijse juli-omwenteling door een algemene opstand in België gevolgd werd. In alle gevechten bij Brussel, in september 1830, gaf hij vele blijken van moed en beleid. Op 23 september werd hij door de Prins der Nederlanden als parlementair naar Brussel gezonden, aldaar gevangen gehouden maar de 18de oktober op zijn woord vrijgelaten en vervolgens in missie naar de Prins van Waterloo gezonden. Von Gumoëns werd nu benoemd tot ridder in de Militaire Willems-Orde vierde klasse en in het begin van 1831 (25 januari) bij de staf van de Opperbevelhebber der Citadel (Chassé), van Antwerpen. Hij bleef daar tot 10 maart 1832, werd in de tussentijd (29 juli 1831) tot kolonel bij de staf benoemd en verwierf alle achting tijdens de verrichtingen van augustus 1831. Hij voegde zich vrijwillig bij de colonne, die onder aanvoering van luitenant-kolonel Naudascher, op de vijfde van die maand, belast werd met het vermeesteren van de vijandelijke batterijen in de omtrek van de Citadel. De uitval gelukte volledig en Von Gumoëns verkreeg een eervolle vermelding.
Op 2 december 1832 werd hij opnieuw ter beschikking gesteld van de opperbevelhebber van het leger en keerde hij terug naar de Citadel. Op de 22ste december sloeg een vijandelijke kanonskogel in de Citadel en verwondde Von Gumoëns boven de knie. Complicaties, met name tetanus (de klem) leidden tot zijn dood op 29 december.
In de Staatscourant van 6 januari 1833 werd getuigd: Zijne majesteit verliest in hem een even kundig als getrouw en dapper hoofdofficier. Zijn stoffelijk overschot werd de 30ste december buiten de Wouwpoort plechtig en met alle militaire eer, vergezeld door de opperbevelhebber der vesting, luitenant-generaal Baron van der Capellen en door alle officieren van zijn garnizoen ter aarde besteld.
Ter nagedachtenis aan Von Gumoëns staat op de Algemene Begraafplaats Kerkhoflaan in Den Haag een obelisk met de tekst:
geb. te Orbe in Zwitserland 19 april 1790
kolonel bij den Generale Staf
van het Nederlandsche leger
overleden aan zijne bekomene wonden
bij de verdediging der citadel
van Antwerpen
waaraan hij vrijwillig deel nam
29 december 1832
door zijne wapen broeders en vrienden
toegewijd.
Bronnen, noten en/of referenties
|