Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Dou Jiande

Uit Wikisage
Versie door O (overleg | bijdragen) op 17 feb 2015 om 08:58 (https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Dou_Jiande&oldid=43220780 Tal.beelen 3 feb 2015)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
rel=nofollow

Dou Jiande (竇建德) (573 – 3 augustus, 621[1][2]) was de leider van een boerenopstand tegen Keizer Yang van de Sui-dynastie. Hij wordt algemeen geaccepteerd als de vriendelijkste en meest veelbelovende rebellenleiders van zijn tijd, en Dou was in staat het huidige Hebei te veroveren, waarna hij zichzelf eerst tot prins van Changle, en later tot prins van Xia uitriep. Toen in 621 Tang generaal Li Shimin, de prins van Qin, een bondgenoot van Dou aanviel, de staat Zheng onder leiding van Wang Shichong, was Dou bang dat als Luoyang, de hoofdstad van Zheng, zou vallen, de Tang daarna hun aandacht op hem zouden richten. Daarom besloot hij met zijn leger westwaarts, naar Luoyang, te marcheren, tegen het advies van zijn strateeg Ling Jing en zijn vrouw Keizerin Cao in. Li Shimin versloeg hem in de Slag bij Hulao en nam hem gevangen. Keizer Gaozu, Li Shimin’s vader, liet hem executeren. Het Xia-rijk werd ingelijfd bij het Tang-rijk, maar al snel kwam Dou’s generaal Liu Heita in opstand, die het Xia-rijk weer heroverde. Daarna wist hij de Tang te weerstaan tot 623.

Eerste opstand en dienst onder Gao Shida

Dou Jiande werd geboren in 573, toen zijn geboorteregio Zhangnan, in het huidige Handan, Hebei, nog bij de Noordelijke Qi hoorde, alvorens het achtereenvolgens door de Noordelijke Zhou en daarna door de Sui-dynastie ingelijfd werd. Dou stond bekend om zijn eerlijkheid en zijn bereidheid om anderen te helpen, zoals zijn vriend Liu, die, wanneer hij weer eens zonder geld zat door zijn drank – en gokverslaving, altijd op financiële steun kon rekenen van Dou. Het bezorgde hem een goede naam in zijn regio. Een ander voorbeeld was toen een man zijn ouders wilde begraven maar te arm was om hen een fatsoenlijke begrafenis te geven, liet Dou meteen zijn werk vallen en hielp de man met het begraven van zijn ouders. Hierdoor nam zijn goede naam in de regio alleen maar toe. Hij werd leider van zijn buurt, maar nadat hij aangeklaagd was voor een aantal misdaden, vluchtte hij en kon hij pas weer terugkeren naar een officiële pardon. Toen zijn vader stierf, bezochten duizenden mensen de begrafenis, en Dou weigerde alle geschenken die ze meebrachten.

In 611 werd Dou benoemd tot commandant van 200 man in het leger van Keizer Yang, die een champagne tegen Koguryo organiseerde en mannen rekruteerde. Op dat moment kende de regio ten oosten van het Taihang gebergte veel overstromingen. Een van de mannen uit Dou’s geboorteregio, Sun Anzu, wiens huis recentelijk was overstroomd en wiens vrouw de hongerdood gestorven was, probeerde daarom onder de dienstplicht uit te komen. De lokale magistraat liet hem met de zweep slaan, waarna Sun hem vermoorde en naar Dou’s huis vluchtte. Dou verborg hem. In de nasleep van de overstromingen werd de regio getroffen door hongersnoden, en Dou vertelde Sun:

Tijdens de regering van [Keizer Yang’s vader] Keizer Wen, was het rijk welvarend en rijk, en hij verzamelde een miljoen mannen om Koguryo aan te vallen, maar werd toch verslagen. Nu hebben we overstromingen en armoede te verduren, en de mensen leiden onder de dienstplicht. De keizer geeft niets om deze dingen, maar leidt in plaats daarvan persoonlijk het leger tegen Koguryo. Het keizerrijk is straks in grote problemen. Een man die aan de dood ontsnapt kan grootse dingen doen. Waarom blijf je hier waar je een voortvluchtige misdadiger bent?

Daarom verzamelde Dou een paar honderd man in de regio en gaf ze aan Sun, die naar de Gaoji vijver ging en als bandiet ging leven. Er waren ook nog andere bandietenbendes in de regio, geleid door Zhang Jincheng en Gao Shida. Zij waren op de hoogte van Dou’s reputatie en plunderden zijn huis niet. Hierdoor verdachten de magistraten in de regio, wier huizen wel geplunderd werden, Dou ervan samen te zweren met de bandieten. Toen Dou Jiande op een keer niet thuis was, vielen ze zijn huis binnen en slachtten zijn familie af. Dou nam toen 200 man mee vluchtte naar de bandietenleider Gao. Zhang doodde daarna Sun, en bijna al Sun’s voormalige manschappen sloten zich aan bij Dou Jiande waardoor die nu kon beschikken over zo’n 10.000 man. Volgens de overlevering stond Dou open voor suggesties van anderen, deelde hij de oorlogsbuit maar ook de lasten van zijn soldaten, waardoor zijn soldaten bereid waren voor hem te vechten en te sterven.

In 616 leidde Guo Xuan, de gouverneur van de Zhuo commanderij (ongeveer het huidige Beijing) een leger tegen Gao. Hij besefte dat zijn capaciteiten niet konden tippen aan die van Dou en benoemde hem tot leider van zijn leger. Dou liet Gao de thuisbasis bewaken, en nam toen 7.000 man mee naar Guo, onder het mom dat hij Gao verraden had en zich aan wilde sluiten bij Guo. Hij had van tevoren Gao opgedragen een vrouw te executeren en te verklaren dat dat Dou’s vrouw was. Guo, die Dou niet verdacht, liet Dou binnen zijn kringen toe om samen een aanval op Gao te plannen. Echter lokte Dou hem in een hinderlaag en doodde hem, nam het commando over zijn leger en cavalerie over, waarna hij nog beroemder werd.

Later dat jaar viel een voorname Sui general, Yang Yichen Zhang aan en slachtte zijn troepen af. De overlevenden vluchtten naar Dou. Yang volgde hen op de hielen en besloot Gao aan te vallen. Dou adviseerde Gao om Yang niet direct aan te vallen:

Onder de rangen van de Sui-generaals is er geen een die zo capabel is als Yang Yichen. Hij heeft net Zhang Jincheng verslagen en valt ons nu aan, en hij is moeilijk te weerstaan nu. Ga hem uit de weg en wacht totdat hij niet klaar is om ons aan te vallen. Wanneer zijn soldaten moe zijn, leggen we een hinderlaag en zullen we hem verslaan. Als je hem echter nu bevecht, dan ben ik bang dat jij, hertog, hem niet kunt verslaan.

Gao was het daar niet mee eens, en liet Dou achter om de basis te bewaken. Hij bond de strijd aan met Yang, en wist in eerste instantie succes te behalen, maar hij werd arrogant, en hield een feestmaaltijd op het slagveld zelf. Toen Dou dat hoorde, riep hij uit, De Hertog van Donghai heeft de vijand nog niet eens verslagen of hij wordt al arrogant. Je zult zien dat dit rampzalig af zal lopen. Als de Sui gewonen hebben, zullen ze ons hier ook aanvallen, en ik ben bang dat we niet gespaard zullen woorden. Enkele dagen later versloeg Yang Gao op het slagveld en doodde hem. Daarna werd ook Dou, zoals hij had voorspeld, aangevallen en verslagen. Dou vluchtte, en Yang geloofde niet dat hij nog veel kon bereiken, en trok zich terug. Dou keerde daarop terug, en verzamelde de overblijfselen van Gao’s leger, benoemde zichzelf tot generaal en begon omliggende gebieden te veroveren. De rebellen haatten de Sui ambtenaren zo erg dat, volgens de overlevering, ze meestal alle Sui ambtenaren die ze aantroffen doodden. Maar Dou deed dat niet, en behandelde de ambtenaren en Sui-geleerden met respect en mildheid, en daardoor gaven sommige Sui ambtenaren hun hele stad aan hem over. Spoedig daarna had hij meer dan 100.000 soldaten onder zijn commando.

Overgave aan Li Mi en Yang Tong

In de lente van 617 claimde Dou de titel Prins van Changle, waarmee hij officieel een breuk tussen hem en de Sui benadrukte. In de herfst van 617 marcheerde general Xue Shixiong, belast met het verdedigen van de commanderij Zhuo, op orders van keizer Yang met zijn 30.000 manschappen naar het zuiden, om Li Mi, toen de sterkste rebellenleider, aan te vallen. Terwijl Xue door Heijian reisde, in de buurt van Dou’s bezittingen, werd Dou bang en vluchtte met zijn leger. Xue was daarom niet meer op zijn hoede, omdat hij niet dacht dat Dou nog een verdere bedreiging zou vormen. Dou beraamde echter een verrassingsaanval. Hij gaf zijn legers de orders om, wanneer het nog donker was, Xue’s kamp aan te vallen, maar wanneer het al dag werd, zich over te geven. Toen Dou bijna bij het kamp was en de zon al opkwam, was hij bang dat hij verslagen zou worden door Xue. Echter kwam er een dichte mist opzetten, en Dou merkte opgelucht op: De hemelen staan ons bij! Hij leidde toen een verrassingsaanval op Xue, en diens leger raakte in paniek en stortte ineen. Xue vluchtte terug naar ZHuo, met minder dan 100 man, en stierf verwikkeld in wrok. Ondertussen breidde Dou zijn macht uit, maar hij wist dat Li Mi, die Centraal- en Oost-Henan in handen had, een sterker leger had. Daarom onderwierp hij zich in naam aan Li Mi. Nadat Li een grote overwinning behaalde op de Sui-generaal Wang Shichong, die gestuurd was door keizer Yang die verbleef op Jiangdu, raadde Dou Li Mi aan om zichzelf tot keizer uit te roepen, maar dat weigerde Li. Later dat jaar werd Li Mi verslagen door Wang Shichong, waarna hij zich overgaf aan de Tang-dynastie. Dou ging daarna op eigen houtje verder.

Kort daarop verspreidde het nieuws dat keizer Yang in Jiangdu vermoord was door zijn eigen general, Yuwen Huaji. De Sui-ambtenaar Wang Cong, die Hejian tegen Dou Jiande verdedigde, was in diep rouw. Dou stuurde een afgezant naar Wang om hem zijn condoleances te betuigen, en Wang gaf zich daarop over aan Dou. Wang werd een prefect. Ook een aantal andere Sui commanderijen gaven zich aan hem over. Hij begon daarna met het stichten van een staat, en stichtte een hoofdstad in Leshou. Op aanraden van zijn ambtenaren Song Zhengben en Kong Deshao veranderde hij zijn titel naar Prins van Xia. Dou verraste en doodde daarna een andere voorname rebellenleider, Wei Dao’er, die zichzelf uitgeroepen had tot keizer van Wei, en nam het commando over diens troepen over. Hij stuurde ook afgezanten naar Luo, om hem ertoe te bewegen zich over te geven. Maar Luo beschouwde Dou en Gao Kaidao (die zo’n zelfde bericht naar Luo gestuurd had) als simpele bandieten en onderwierp zich aan de Tang. Dou viel Luo’s gebied aan, maar dat had geen succes.

Ondertussen had Yuwen, nadat hij keizer Yang vermoord had, zijn aandacht op het noorden gevestigd, en zette zichzelf aan het hoofd van het eliteleger van de Sui-dynastie, het Xiaoguo leger. Nadat hij keizer Yang’s neef Yang Hao tot keizer uitgeroepen had, maar hem daarna weer vergiftigde, riep Yuwen zichzelf tot keizer van Xu uit. Hij werd meermalen verslagen door Li Mi en een Tang generaal Li Shentong, voordat hij zich in Liaocheng vestigde. In de lente van 619 verklaarde Dou, Ik was een onderdaan van de Sui, en de Sui-keizer was mijn heer. Yuwen Huaji heeft mijn heer gedood, en hij is daarom mijn vijand, en ik moet hem aanvallen. Daarop marcheerde hij naar Liaocheng. Yuwen bond de strijd met hem aan buiten de muren van de stad, maar Dou versloeg hem herhaaldelijk, en dreef hem terug naar Liaocheng. Dou wist Yuwen gevangen te nemen en bezocht daarna keizer Yang’s vrouw keizerin Xiao, waarbij hij zichzelf haar onderdaan noemen. Hij rouwde daarna om keizer Yang terwijl hij de Sui-officieren die gedwongen waren geweest Yuwen te dienen tot rust maande. Yuwen en zijn naaste medewerkers liet hij terechtstellen. Keizer Yangs concubines liet hij vrij, en ontbond het Xiaoguoleger. Ook in het Oude Boek van Tang wordt hij, zelfs vanuit het standpunt van de Tang-dynastie, geëerd over Dou’s manier van doen na een slag:

Elke keer dat Dou Jiande succesvol was in de strijd of in het veroveren van een stad, werden alle schatten die hij ontving verdeeld over zijn soldaten, en zelf nam hij niets voor zichzelf. Zijn dagelijkse leven was sober en simpel. Hij at geen vlees, maar at groenten en ongezuiverde graan. Zijn vrouw, Lady Cao, droeg alleen stoffen kleding, geen zijde, en had minder dan 10 dienstmeisjes.

Na deze overwinning sloot Dou vrede met Wang Shichong en onderwierp zich in naam aan Yang Tong, de kleinzoon van keizer Yang die de keizerlijke titel in Luoyang claimed na Yang’s dood (hoewel Wang Shichong het hof controleerde). Dou nam ondertussen vele voorname Sui-ambtenaren aan in zijn regering, en vertrouwde Pei Ju toe met het reorganiseren van zijn regering in een keizerlijke regering.

Onafhankelijke regering als Prins van Xia

In de zomer van 619 stootte Wang Shichong Yang Tong van de troon, waarmee hij de Sui-dynastie beëindigde en een nieuwe staat stichtte, Zheng. In reactie daarop verbrak Dou het contact met Wang en ging zich meer gedragen als een keizer, alhoewel hij nog altijd de titel prins gebruikte en niet keizer. Keizer Yang’s kleinzoon Yang Zhengdao benoemde hij tot hertog van Xun, en eerde de overleden keizer met de naam Min. Daarna sloot hij een bondgenootschap met de Oostelijke Tujue en hun leider, de Shibi Khan Ashina Duojishi. Op verzoek van de vrouw van Ashina, Sui-prinses Yicheng, bracht Dou keizerin Xiao en Yang Zhengdao, en het hoofd van Yuwen Huaji naar haar toe. Ondertussen waren enkele prefecturen ten noorden van de Gele Rivier overgelopen naar ofwel Tang ofwel Zheng, en hij begon een campagne om hen te veroveren, met succes. In de herfst van 619 was Li Shentong, die verantwoordelijk was voor de Tang-campagnes in het gebied, gedwongen zich terug te trekken. Dou werd in de val gelokt door Li Shiji en in woede viel hij daarna Liyang aan, waar hij zowel Li Shentong, Li Shiji’s vader Li gai en keizer Gaozu’s zus Tong’an gevangennam. Li Shiji ontsnapte, maar gaf zich enkele dagen later toch over aan Dou omdat Dou Li Gai als krijgsgevangene had. Dou benoemde Wei Zheng, die hij ook gevangengenomen had, tot staflid, en liet Li Shiji Liyang bewaken, terwijl hij Li Gai als gijzelaar hield, samen met Li Shentong en prinses Tong’an. Hij behandelde hen met respect en zorg. Hij verplaatste daarna zijn hoofdstad van Leshou naar de prefectuur Ming (het huidige Handan, Hebei).

In de winter van 619 viel Li Shiji Wang Shichong aan, om het vertrouwen van Dou te winnen. Hij overwoog te vluchten naar Tang-gebied, maar was bang dat Dou dan zijn vader zou executeren. In een van zijn gevechten tegen Zheng nam hij Liu Heita, een legerofficier van Zheng gevangen. Dou was erg onder de indruk van Liu en benoemde hem tot hertog van Handong. Liu werd een vertrouweling van Dou en was een meester in verrassingsaanvallen en het uitvoeren van spionagemissies. Rond 620 stelde Li Shiji aan Dou voor dat hij de prefecturen Cao en Dai (Heze, Shandong) aan moest vallen, die toen beheerst werden door rebellenleider Meng Haigong, maar in naam bij Zheng hoorden. Li Shiji was echter van plan Dou aan te vallen zodra hij de Gele Rivier overstak. Dou kon echter niet op tijd vertrekken omdat keizerin Cao van een kind beviel. Li Shiji’s bondgenoot Li Shanghu kon niet meer wachten en viel een broer van Keizerin Cao aan, Cao Dan. Hij wist hem niet te doden, en toen Li Shiji van het nieuws horen, wist hij dat het spel uit was en vluchtte naar Tang-territorium. Toen Xia-ambtenaren verzochten om Li Gai te executeren, zei Dou, Li Shiji was een Tang-onderdaan die we gevangennamen, maar hij vergat zijn voormalige heer niet. Hij is een loyaal man. Maar wat voor misdaad heeft zijn vader dan begaan? Daarom spaarde hij Li Gai’s leven. Daarna versloeg en doodde hij Li Shanghu. Volgens de overlevering was het Xia-rijk uiterst vreedzaam; Dou moedigde de bevolking aan om de landbouw te bedrijven, en zijn rijk was vredig, zonder bandieten, zodanig dat kooplieden en reizigers met een gerust hart in de bossen konden overnachten.

De zomer van 620 viel Dou Li Yi nogmaals aan, maar hij kon de You prefectuur niet innemen. Wang Fubao, een van zijn meest getalenteerde generaals, werd veracht door de andere generaals die jaloers waren op zijn talent. Daarom beschuldigden ze hem van verraad, en Dou executeerde hen. Volgens de overlevering ging het hierna achteruit met Dou’s militaire campagne.

In de herfst van 620 wilde keizer Gaozu vrede sluiten met Xia. Dou ging daarme akkoord en stuurde prinses Tong’an terug naar de Tang, maar behield Li Shentong. In de winter van 620 viel hij Li Yi alweer aan, maar opnieuw leed hij een nederlaag. De Chuluo Khan van de Tujue, Ashina Qilifu, vroeg Dou om zich aan te sluiten bij zijn campagne in China, maar hij stierf voordat hij zijn plannen kon verwezenlijken. Ondertussen executeerde Dou ook ene Song, die Dou eerlijk en gegronde kritiek gaf, na valse beschuldigingen. Daardoor durfde niemand meer kritiek te uiten op Dou, en Dou’s regering begon daar onder te lijden. In de lente van 621 versloeg Dou Meng Haigong en nam hem aan als generaal.

Nederlaag en dood

Slag bij Hulao

De Tang zaten ondertussen niet stil. Generaal Li Shimin (de tweede zoon van Keizer Gaozu) rukte op tegen de hoofdstad van Zheng, Luoyang. Wang Shichong was niet in staat om de belegering op te heffen, en vroeg om Dou Jiande om hulp, ook al waren de verhoudingen tussen Xia en Zheng niet opperbest. Dou’s ambtenaar Liu Bin raadde hem aan om Zheng te helpen, omdat als Luoyang zou vallen, de Tang daarna Xia zouden aanvallen. En als hij de Tang versloeg, kon hij daarna zelf Zheng innemen. Dou was het ermee eens en stuurde boodschappers naar Wang, hem steun belovend, terwijl hij een afgevaardigde, Li Dashi, naar Li Shimin stuurde, om hem te verzoeken zijn campagne te beëindigen. Li Shimin sloot Li Dashi op en antwoordde niet.

Dou bracht de troepen van Meng Haigong en Xu Yuanlang (die hij eerder verslagen had) samen en marcheerde westwaarts, waar hij zijn krachten bundelde met Zheng general Guo Shiheng, en enkele Tang-steden innam. Hij berichtte Wang dat de Xia onderweg waren, en schreef opnieuw naar Li Shimin waarin hij hem nogmaals verzocht zijn campagne tegen Luoyang te staken. Li Shimin besprak dit voorstel met zijn generaals, en velen dachten dat hij Dou uit de weg moest gaan. Maar generaal Guo Xiaoke was het daar niet mee eens, en geloofde dat dit een kans was om zowel Wang als Dou te verslaan. Hij stelde voor om naar de Hulao pas te marcheren om Dou daar tegen te houden. Li Shimin ging akkoord. Hij liet zijn broer Li Yuanji en generaal Qutu Tong achter bij Luoyang, om de belegering voort te zetten, terwijl hij de helft van het leger meenam naar Hulao. Wang observeerde deze move, maar ondernam niets.

Li Shimin veroorzaakte al wat schermutselingen met Dou’s voorste troepen. Dou schreef daarna naar Dou, om hem ervan te overtuigen weg te gaan om Wang te redden, maar Dou bleef standvastig en marcheerde daarna zelf naar Hulao. De Tang konden van de excellente natuurlijke verdediging die de bergpas genaamd Hulao bood uiterst goed benutten. Een rivier sneed door de pas heen, en aan beide kanten waren hoge kliffen, waardoor Dou zijn overmacht niet kon benutten. Dou was niet van plan zomaar aan te vallen, toen hij zag dat de Tang de pas gefortificeerd hadden. Er ontstond een patstelling, die dagen duurden. Een van Dou’s strategen stelde daarop voor om niet naar Zheng te marcheren, maar de Tang zelf aan te vallen. Maar afgezanten van Wang, die ook enkele van Dou’s generaals omgekocht hadden om Wang ervan te verzekeren dat Dou ook gefocust bleef op het ontzetten van Luoyang, haalden Dou over om toch naar Luoyang te marcheren. Dit ook omdat Dou niet te ver van de Gele Rivier kon wijken, omdat hij van de rivier afhankelijk was voor voedselvoorziening. Toen keizerin Cao hiervan hoorde, probeerde ze Dou over te halen om het alternatieve plan toch uit te voeren:

Je moet de strategie van de secretaries-generaal (Ling) accepteren, en ik snap niet dat uwe koninklijke hoogheid dit niet zou accepteren. Uw koninklijke hoogheid zou door Fukou moeten gaan, en de zwakke plek van de Tang aanvallen. Verbind uw kampen en verover het gebied ten noorden van het Taihang gebergte. Dit, in combinatie met de plundertochten van de Tujue tegen Guanzhong, zal de Tang dwingen om terug te trekken. Waarom zou U zich druk maken dat U de belegering niet kan opheffen? Als U hier blijft, dan zullen de officieren en soldaten allemaal moe worden, en als U teveel materieel verbruikt, zal U niet succesvol zijn.

Dou antwoordde echter:

Jullie vrouwen zullen dit niet snappen. We kwamen hier om Luoyang te redden, dat in het nauw zit en zodadelijk valt. Als we Luoyang in de steek laten en vertrekken, laten we zien dat we de vijand vrezen en dat we geloof en rechtvaardigheid de rug toekeren. Ik kan dat niet toelaten.

Nadat Li Shimin hem uitgedaagd had door zijn aanvoerlijnen te plunderen, lanceerde Dou een grote aanval op Hulao, maar opnieuw weigerde Li Shimin de strijd aan te binden. Maar later op die dag, toen de Xia-soldaten allemaal vermoeid geraakt waren, begon Li Shimin een tegenaanval. Met zijn cavalerie sneed hij de vluchtwegen af waardoor het Xia-leger in paniek raakte en instortte. Dou werd verwond door een speer, maar vluchtte toch. Maar toen hij de Gele Rivier bereikte, met de intentie deze over te steken, viel hij van zijn paard. De Tang generaals Bai Shirang en Yang Wuwei, die hem achtervolgden, namen hem gevangen en sleepten hem mee terug naar Li Shimin. Li Shimin lachte hem uit: Ik viel alleen maar Wang Shichong aan. Wat heb ik jou aangedaan dat jij uit je eigen rijk gekomen bent om je hier met mijn zaken te bemoeien. Dou antwoordde daarop sarcastisch, Als ik niet was gekomen, dan had je door mij je campagne moeten verlengen. Keizerin Cao en de Xia ambtenaar Qi Shanshing vluchtten beiden terug naar Xia.

Li Shimin nam Dou mee naar Luoyang en presenteerde hem voor de muren. Wang Shichong wilde uitbreken en naar Xiangyang vluchtten, maar zijn generaals wezen hem erop dat hij daarvoor de hulp van Dou nodig had; en nu Dou gevangen zat, zat er weinig anders meer op dan overgave. Wang gaf zich daarop over aan Li Shimin, en bijna heel Zheng en Xia gaven steden zich over aan de Tang. Li Shimin nam Dou en Wang Shichong mee naar Chang’an, waar hij ze overdroeg aan zijn vader, keizer Gaozu. Die spaarde het leven van Wang, maar liet Dou executeren. Toen Dou’s generaals het nieuws van Dou’s dood hoorden, kwamen ze in opstand tegen Gaozu onder leiding van Liu Heita. Die wist bijna het hele Xia-rijk tot tweemaal toe te heroveren, maar werd daarna verslagen, eerst door Li Shimin, en daarna door de kroonprins, Li Jiancheng, waarna hij in 623 gedood werd.

Liu Xu, de leidende bewerker van het Oude Boek van Tang, die, ondanks dat hij het werk tijdens de latere Jin-dynastie schreef, toch vanuit een Tang perspectief schreef, merkte op:

Dou Jiande’s trouw en rechtvaardigheid zorgde ervoor de de mensen hem respecteerden. Hij gebruikte zijn macht om een regio ten noorden van de Gele Rivier te besturen. Het trainde en leidde zijn soldaten en verzamelde getalenteerde en intelligente mensen om zich heen. Hij verbrak contact met Wang Shichong en executeerde Yuwen Huaji, en spaarde het leven van Xu Gai [4] en hij liet Li Shentong vrij. Hij was voorzichtig en behendig, begrijpend en beslissend, en zijn rijk was in opkomst. Maar later, toen Song Zhengben en Wang Fubao geëxecuteerd werden omwille van valse beschuldigingen, en de grote strategie van Ling Jing en Lady Cao niet geaccepteerd werd, viel hij en behaalde hij geen goed resultaat. Dit was omdat de Hemel zijn gunst al ergens anders geplaatst had, maar ook omdat zijn eigen strategieën niet perfect waren.

Noten en referenties

Bronnen, noten en/of referenties

Bronnen, noten en/of referenties
  1. 1,0 1,1 1,2 1,3 Academia Sinica Chinese-Western Calendar Converter.
  2. 2,0 2,1 2,2 Zizhi Tongjian, vol. 189.
  3. º Zizhi Tongjian, vol. 183.
  4. º Li Gai was ook bekend als Xu Gai, omdat zowel hij als zijn zoon Li Shiji de keizerlijke voornaam later van Keizer Gaozu gekregen hadden als beloning voor hun trouw aan Li Mi, en Liu refereert daarom naar hem als Xu Gai
rel=nofollow

Q1133757 op Wikidata  Intertaalkoppelingen via Wikidata (via reasonator)

rel=nofollow
rel=nofollow
rel=nofollow