Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

József Béres: verschil tussen versies

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 2: Regel 2:


==Leven==
==Leven==
József Béres groeide op in een gezin met zeven kinderen in Záhony, een stadje niet ver van de grens met [[Oekraïne]] en van het drielandenpunt met [[Slowakije]]. Als oudste zoon had hij veel te doen om mee te helpen in het gezin. Met 13 jaar, na zijn lagere schooltijd, begon hij met werken in een boomgaard en een zagerij. Hij was een tuinman met grote zorg, zelfs als een jonge man. Hij ontmoette de apotheek bij "Tante Annus" omdat de oude dame een apotheek had in het dorp. De plaatselijke arts, Zoltán Gyüre, verzorgde ook de siertuin op en besloot de jonge József te steunen om verder te studeren. József ging dus naar een tuinbouwschool in Kecskemét en bleek een getalenteerde leerling. Nadat hij zijn diploma als tuinier had behaald, werd hij in 1941 opgeroepen voor de legerdienst. Dit weerhield hem er niet van om zich in te schrijven voor een schriftelijke cursus aan een middelbare school in Košice. In tussentijd klom hij op in de militaire rangen. In 1943 werd hij naar het front gestuurd, waar hij verwondingen aan zijn linkerarm en schouder opliep. Bij zijn terugkeer in 1945 lag zijn geboortestadje in puin. Na een paar dagen rust begon hij de wederopbouw te organiseren. Tot 1947 werd hij betaald door het leger, en hij vulde de inkomsten aan met tuinieren.
József Béres groeide op in een gezin met zeven kinderen in Záhony, een stadje niet ver van de grens met [[Oekraïne]] en van het drielandenpunt met [[Slowakije]]. Als oudste zoon had hij veel te doen om mee te helpen in het gezin. Met 13 jaar, na zijn lagere schooltijd, begon hij met werken in een boomgaard en een zagerij. Hij was zelfs als jongeling een zorgvuldige tuinier. Hij kwam in contact met de [[farmacie]] bij het werken in de tuin van Anna Kálmán ’tante Annus’, die een apotheek had in het stadje. Zij en haar zus die bij haar woonde, begonnen hem te steunen bij het leren en schaften studieboeken aan voor hem. Vele jaren later zou hij in staat zijn om iets terug te doen, toen de beide oudere dames intussen in armoede leefden.
 
József Béres werkte ook in de siertuin van de districtsarts, Zoltán Gyüre (’oom Zoli’), die besloot om ervoor te zorgen dat de jongeman naar een vakschool kon. József ging dus naar een tuinbouwschool in Kecskemét en bleek een getalenteerde leerling. Nadat hij zijn diploma als tuinier had behaald, werd hij in 1941 opgeroepen voor de legerdienst. Dit weerhield hem er niet van om zich in te schrijven voor een schriftelijke cursus aan een middelbare school in Košice. In tussentijd klom hij op in de militaire rangen. In 1943 werd hij naar het front gestuurd, waar hij verwondingen opliep aan zijn linkerarm en schouder. Bij zijn terugkeer in 1945 lag zijn geboortestadje in puin. Na een paar dagen rust begon hij de wederopbouw te organiseren. Tot 1947 werd hij betaald door het leger, en hij vulde de inkomsten aan met tuinieren.


Hij trouwde in 1947 met de lerares Katalin Papp. In hun gezin werden twee kinderen geboren: Katalin (1948) en József (1952). Ondertussen studeerde József Béres verder aan het gymnasium. Nadat hij was afgestudeerd, werd hij verkozen tot directeur van de landbouwcoöperatie en hoofd van de kredietcoöperatie in Záhony.
Hij trouwde in 1947 met de lerares Katalin Papp. In hun gezin werden twee kinderen geboren: Katalin (1948) en József (1952). Ondertussen studeerde József Béres verder aan het gymnasium. Nadat hij was afgestudeerd, werd hij verkozen tot directeur van de landbouwcoöperatie en hoofd van de kredietcoöperatie in Záhony.


In 1948 verhuisden zij als gezin met Katalins ouders naar Kisvárda. Daar werd hij eerst chef over de tuinbouw en vervolgens verantwoordelijke over de landbouwmachines. Hij voerde allerlei proeven uit om de grond, het veevoer, en de voeding te verbeteren, de gewassen te beschermen en de landbouw te ontwikkelen. Dit leidde er uiteindelijk toe dat hij in 1961 student werd aan de Universiteit voor Landbouwwetenschappen in Gödöllő. In 1965 slaagde hij als landbouwingenieur. Vervolgens behaalde hij in 1968 een doctoraat ''summa cum laude'' in agrobiochemie en algemene fysiologie. Vanaf 1964 werkte hij ook als wetenschapper aan het Nyírség Landbouwinstituut.  
In 1948 verhuisden zij als gezin met Katalins ouders naar Kisvárda. Daar werd hij eerst chef over de tuinbouw en vervolgens verantwoordelijke over de landbouwmachines. Hij voerde allerlei proeven uit om de grond, het veevoer, en de voeding te verbeteren, de gewassen te beschermen en de landbouw te ontwikkelen. Dit leidde er uiteindelijk toe dat hij in 1961 student werd aan de Universiteit voor Landbouwwetenschappen in Gödöllő. In 1965 slaagde hij als landbouwingenieur. Vervolgens behaalde hij in 1968 een doctoraat ''summa cum laude'' in agrobiochemie en algemene fysiologie. Vanaf 1964 werkte hij ook als wetenschapper aan het Nyírség Landbouwinstituut.  
werkte als werknemer. Hij zocht naar oplossingen voor de oorzaken van aardappelbederf en van veeziekten. Intussen werd zijn aandacht door het onderzoek ook in een andere richting geleid: proeven op grond en planten, uitgevoerd in opdracht van het Departement Landbouwwetenschappen van de Hongaarse Academie van Wetenschappen, leidden tot de ontdekking dat sporenelementen van groot belang zijn voor de weerstand van planten. Dr. Beres realiseerde zich dat sporenelementen niet alleen in planten, maar ook in het dierenrijk van vitaal belang zijn. Hij wees erop dat bodems met een tekort aan sporenelementen ook een aantal problemen kunnen veroorzaken bij de productie van gewassen en veeteelt. Hoewel hij nieuwe en baanbrekende onderzoeksresultaten publiceerde, werd zijn ontdekking werd echter niet meteen op gejuich onthaald.
werkte als werknemer. Hij zocht naar oplossingen voor de oorzaken van aardappelbederf en van veeziekten. Intussen werd zijn aandacht door het onderzoek ook in een andere richting geleid: proeven op grond en planten, uitgevoerd in opdracht van het Departement Landbouwwetenschappen van de Hongaarse Academie van Wetenschappen, leidden tot de ontdekking dat sporenelementen van groot belang zijn voor de weerstand van planten. Dr. Beres realiseerde zich dat sporenelementen niet alleen in planten, maar ook in het dierenrijk van vitaal belang zijn. Hij wees erop dat bodems met een tekort aan sporenelementen ook een aantal problemen kunnen veroorzaken bij de productie van gewassen en veeteelt. Hoewel hij nieuwe en baanbrekende onderzoeksresultaten publiceerde, werd zijn ontdekking werd echter niet meteen op gejuich onthaald.


Met de hulp van de hoofdchirurg van het Kisvárda District Hospital kon hij zijn onderzoek voortzetten naar ziekten die bij mensen. Terwijl hij het verband tussen [[krop]] (struma) en sporenelementen onderzocht, realiseerde hij zich dat een teveel aan sommige mineralen zelfs kanker kan veroorzaken. Hij was de eerste onderzoeker die niet keek naar erfelijke factoren of orgaanveranderingen, maar naar welke stoffen essentieel zijn voor het hele immuunsysteem. In zijn onderzoek probeerde hij het scala aan sporenelementen te verkleinen, te experimenteren met de meest gunstige dosering en verhouding van macro- en sporenelementen en de meest efficiënte vorm van opname.
Met de hulp van de hoofdchirurg van het Kisvárda District Hospital kon hij zijn onderzoek voortzetten naar ziekten bij mensen. Terwijl hij het verband tussen [[krop]] (struma) en sporenelementen onderzocht, realiseerde hij zich dat een teveel aan sommige mineralen zelfs kanker kan veroorzaken. Hij was de eerste onderzoeker die niet keek naar [[erfelijkheid|erfelijke]] factoren of orgaanveranderingen, maar naar welke stoffen essentieel zijn voor het hele [[immuunsysteem]]. In zijn onderzoek probeerde hij het gamma aan sporenelementen te verkleinen, te experimenteren met de meest gunstige dosering en verhouding van macro- en sporenelementen en de meest efficiënte vorm van opname.


In 1972 stelde hij voor het eerst zijn Beresdruppels samen (’Béres Csepp’). Bij József Beres’ zus was een hersentumor en artsen voorspelden dat zij nog maximaal een jaar te leven had. Zij was de eerste persoon die de druppels als test innam. De tumor nam af en zij leefde nog vijfendertig jaar. Het nieuws van dit succes verspreidde zich al snel, maar hoewel duizenden personen hun hoop op de Béres-druppels gingen vestigen, moest de uitvinder ervan vechten voor erkenning. Hij kreeg boetes opgelegd en werd in 1975 voor de rechter gesleept. Datzelfde jaar begon de filmregisseur József Béres een documentaire te filmen over József Béres en zijn druppels, maar de film werd door de autotriteiten verboden en men kreeg geen toelating om deze verder af te maken. Pas tien jaar later kwam de film uit met als titel ''Recht op het laatste woord'', aangevuld met nieuwe interviews. De documentaire werd in 1987 met groot succes geïntroduceerd.
In 1972 stelde hij voor het eerst zijn Beresdruppels samen (’Béres Csepp’). Bij József Beres’ zus was een hersentumor en artsen voorspelden dat zij nog maximaal een jaar te leven had. Zij was de eerste persoon die de druppels als test innam. De tumor nam af en zij leefde nog vijfendertig jaar. Het nieuws van dit succes verspreidde zich al snel, maar hoewel duizenden personen hun hoop op de Béres-druppels gingen vestigen, moest de uitvinder ervan vechten voor erkenning. Hij kreeg boetes opgelegd en werd in 1975 voor de rechter gesleept. Datzelfde jaar begon de filmregisseur József Béres een documentaire te filmen over József Béres en zijn druppels, maar de film werd door de autoriteiten verboden en men kreeg geen toelating om deze verder af te maken. Pas tien jaar later kwam de film uit met als titel ''Recht op het laatste woord'', aangevuld met nieuwe interviews. De documentaire werd in 1987 met groot succes geïntroduceerd.


{{zaadje}}
{{zaadje}}
{{authority control|TYPE=p}}
{{authority control|TYPE=p|Wikidata=Q854574}}
{{DEFAULTSORT:Beres, Jozsef}}
{{DEFAULTSORT:Beres, Jozsef}}
[[Categorie: Hongaars wetenschapper]]
[[Categorie: Hongaars wetenschapper]]

Versie van 2 apr 2022 15:18

Dr. József Béres (Záhony (Hongarije), 7 februari 1920Boedapest, 26 maart 2006) was een Hongaars biochemicus. Hij is in Hongarije beroemd voor zijn druppels (de ’Béres Csepp’ of ’Beres druppels’) student met belangrijke sporenelementen voor het immuunsysteem.

Leven

József Béres groeide op in een gezin met zeven kinderen in Záhony, een stadje niet ver van de grens met Oekraïne en van het drielandenpunt met Slowakije. Als oudste zoon had hij veel te doen om mee te helpen in het gezin. Met 13 jaar, na zijn lagere schooltijd, begon hij met werken in een boomgaard en een zagerij. Hij was zelfs als jongeling een zorgvuldige tuinier. Hij kwam in contact met de farmacie bij het werken in de tuin van Anna Kálmán ’tante Annus’, die een apotheek had in het stadje. Zij en haar zus die bij haar woonde, begonnen hem te steunen bij het leren en schaften studieboeken aan voor hem. Vele jaren later zou hij in staat zijn om iets terug te doen, toen de beide oudere dames intussen in armoede leefden.

József Béres werkte ook in de siertuin van de districtsarts, Zoltán Gyüre (’oom Zoli’), die besloot om ervoor te zorgen dat de jongeman naar een vakschool kon. József ging dus naar een tuinbouwschool in Kecskemét en bleek een getalenteerde leerling. Nadat hij zijn diploma als tuinier had behaald, werd hij in 1941 opgeroepen voor de legerdienst. Dit weerhield hem er niet van om zich in te schrijven voor een schriftelijke cursus aan een middelbare school in Košice. In tussentijd klom hij op in de militaire rangen. In 1943 werd hij naar het front gestuurd, waar hij verwondingen opliep aan zijn linkerarm en schouder. Bij zijn terugkeer in 1945 lag zijn geboortestadje in puin. Na een paar dagen rust begon hij de wederopbouw te organiseren. Tot 1947 werd hij betaald door het leger, en hij vulde de inkomsten aan met tuinieren.

Hij trouwde in 1947 met de lerares Katalin Papp. In hun gezin werden twee kinderen geboren: Katalin (1948) en József (1952). Ondertussen studeerde József Béres verder aan het gymnasium. Nadat hij was afgestudeerd, werd hij verkozen tot directeur van de landbouwcoöperatie en hoofd van de kredietcoöperatie in Záhony.

In 1948 verhuisden zij als gezin met Katalins ouders naar Kisvárda. Daar werd hij eerst chef over de tuinbouw en vervolgens verantwoordelijke over de landbouwmachines. Hij voerde allerlei proeven uit om de grond, het veevoer, en de voeding te verbeteren, de gewassen te beschermen en de landbouw te ontwikkelen. Dit leidde er uiteindelijk toe dat hij in 1961 student werd aan de Universiteit voor Landbouwwetenschappen in Gödöllő. In 1965 slaagde hij als landbouwingenieur. Vervolgens behaalde hij in 1968 een doctoraat summa cum laude in agrobiochemie en algemene fysiologie. Vanaf 1964 werkte hij ook als wetenschapper aan het Nyírség Landbouwinstituut. werkte als werknemer. Hij zocht naar oplossingen voor de oorzaken van aardappelbederf en van veeziekten. Intussen werd zijn aandacht door het onderzoek ook in een andere richting geleid: proeven op grond en planten, uitgevoerd in opdracht van het Departement Landbouwwetenschappen van de Hongaarse Academie van Wetenschappen, leidden tot de ontdekking dat sporenelementen van groot belang zijn voor de weerstand van planten. Dr. Beres realiseerde zich dat sporenelementen niet alleen in planten, maar ook in het dierenrijk van vitaal belang zijn. Hij wees erop dat bodems met een tekort aan sporenelementen ook een aantal problemen kunnen veroorzaken bij de productie van gewassen en veeteelt. Hoewel hij nieuwe en baanbrekende onderzoeksresultaten publiceerde, werd zijn ontdekking werd echter niet meteen op gejuich onthaald.

Met de hulp van de hoofdchirurg van het Kisvárda District Hospital kon hij zijn onderzoek voortzetten naar ziekten bij mensen. Terwijl hij het verband tussen krop (struma) en sporenelementen onderzocht, realiseerde hij zich dat een teveel aan sommige mineralen zelfs kanker kan veroorzaken. Hij was de eerste onderzoeker die niet keek naar erfelijke factoren of orgaanveranderingen, maar naar welke stoffen essentieel zijn voor het hele immuunsysteem. In zijn onderzoek probeerde hij het gamma aan sporenelementen te verkleinen, te experimenteren met de meest gunstige dosering en verhouding van macro- en sporenelementen en de meest efficiënte vorm van opname.

In 1972 stelde hij voor het eerst zijn Beresdruppels samen (’Béres Csepp’). Bij József Beres’ zus was een hersentumor en artsen voorspelden dat zij nog maximaal een jaar te leven had. Zij was de eerste persoon die de druppels als test innam. De tumor nam af en zij leefde nog vijfendertig jaar. Het nieuws van dit succes verspreidde zich al snel, maar hoewel duizenden personen hun hoop op de Béres-druppels gingen vestigen, moest de uitvinder ervan vechten voor erkenning. Hij kreeg boetes opgelegd en werd in 1975 voor de rechter gesleept. Datzelfde jaar begon de filmregisseur József Béres een documentaire te filmen over József Béres en zijn druppels, maar de film werd door de autoriteiten verboden en men kreeg geen toelating om deze verder af te maken. Pas tien jaar later kwam de film uit met als titel Recht op het laatste woord, aangevuld met nieuwe interviews. De documentaire werd in 1987 met groot succes geïntroduceerd.

 
rel=nofollow
rel=nofollow