Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Rinie Maas: verschil tussen versies

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
(https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Rinie_Maas&oldid=58146195 26 jan 2021 DavidD 6 mei 2007)
 
(https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Rinie_Maas&oldid=60844742 13 jan 2022 Sietske)
Regel 1: Regel 1:
'''Marinus Wilhelmus (Rinie) Maas''' ([[Beek (Noord-Brabant)]], [[5 mei]] [[1948]]) is de [[Nederland]]se [[anekdote|anekdotische]] [[kroniek]]schrijver van het volkse verleden van [[Breda (stad)|Breda]].
'''Marinus Wilhelmus (Rinie) Maas''' ([[Beek (Noord-Brabant)]], [[5 mei]] [[1948]]){{bron?}} is een [[Nederland]]s [[kroniek]]schrijver van het volkse verleden van [[Breda]].
 
== Korte biografie ==
Maas werd geboren in [[Prinsenbeek]] en groeide op in verscheidene volksbuurten in Breda. Vanaf jonge leeftijd wilde hij al bij de krant werken.<ref name=IDB20>{{citeer web|url=https://indebuurt.nl/breda/bredanaars/rinie-schreef-een-boek-met-verhalen-over-princenhage~103742/|titel=Rinie schreef een boek met verhalen over Princenhage: "het dorpsgevoel zit hier diep"|uitgever=''In de buurt'' (regio Breda)|datum=14 september 2020|bezochtdatum=7 januari 2022}}</ref> Maas begon begon daarom als loopjongen bij [[BN De Stem]].<ref name=BN20/>  Op zijn 21e kreeg hij een functie in de stedenbouw, waarin hij 25 jaar lang werkzaam zou blijven.<ref name=IDB20/> Rond 1993 werkte hij voor het Stadskantoor van Breda, waaraan hij in 2018 een boek wijdde.<ref name=BV18/> Daarna belandde hij bij de ''[[Bredase Bode]]'', een gratis [[huis-aan-huisblad]] in de regio, waar hij 26 jaar lang werkzaam zou zijn. Na Prinsenbeek en Breda woont Maas sinds 1973 in [[Princenhage]].<ref name=BN20/> Maas beschouwt zijn auteurschap als een uit de hand gelopen hobby.  


==Rinie Maas als columnist==
==Rinie Maas als columnist==
In de vaste rubriek "Het Breda van Weleer" in de ''[[Bredase Bode]]'', een gratis [[huis-aan-huisblad]], neemt Maas de lezer mee door historisch Breda en laat hem kennismaken met talloze kleurrijke figuren, verdwenen plaatsen en gebeurtenissen waarover hij interessante of smakelijke verhalen weet te vertellen. Deze verhalen zijn onmiskenbaar Brabants: sfeervol, altijd goedmoedig en doortrokken met een vleugje weemoedige nostalgie. Maas schroomt hierbij ook niet de werkelijkheid en zijn soms hoogst persoonlijke interpretatie daarvan vloeiend in elkaar te laten overlopen. Hierin toont hij zich de geestelijke erfgenaam van de Bredase schrijver [[Henri t' Sas]]. Het unieke van "Het Breda van weleer" is dat Maas zijn lezers laat participeren door hen voortdurend te stimuleren ideeën, adviezen en reacties op te sturen die hij vervolgens in zijn stukken verwerkt. Wekelijks wordt hij hierdoor op het spoor gezet van nieuwe onderwerpen uit de Bredase geschiedenis vanaf ca. 1870, zijn historische bovengrens. Achter "Het Breda van weleer" heeft Maas na 26 jaar in 2020 een punt gezet.
In de vaste rubriek "Het Breda van Weleer" in de ''[[Bredase Bode]]'' neemt Maas de lezer mee door historisch Breda en laat hem kennismaken met talloze kleurrijke figuren, verdwenen plaatsen en gebeurtenissen. Deze verhalen zijn doortrokken met een vleugje nostalgie. Maas schroomt hierbij ook niet de werkelijkheid en zijn soms hoogst persoonlijke interpretatie daarvan vloeiend in elkaar te laten overlopen.{{bron?}} Hierin toont hij zich de geestelijke erfgenaam van de Bredase schrijver [[Henri t' Sas]].{{bron?}} Het bijzondere van "Het Breda van weleer" is dat Maas zijn lezers laat participeren door hen voortdurend te stimuleren ideeën, adviezen en reacties op te sturen die hij vervolgens in zijn stukken verwerkt. Wekelijks wordt hij hierdoor op het spoor gezet van nieuwe onderwerpen uit de Bredase geschiedenis vanaf ca. 1870, zijn historische bovengrens. Achter "Het Breda van weleer" heeft Maas na 26 jaar in 2020 een punt gezet.  
 
Naast zijn historische rubriek schrijft Maas in dezelfde krant wekelijkse columns over actuele gebeurtenissen in en rondom zijn stad. Hij doet dat onder het pseudoniem "Tinus de Klopper", de bijnaam van een destijds alom bekend Bredaas volkstype dat in het grauw van de ochtend de arbeiders wekte door op de voordeur van hun huisjes te bonzen onder de luide vermaning "Wakker worre, hoogste tijd, opstaon". Tal van Maas' krantenartikelen zijn in bewerkte vorm gebundeld in een aantal aantrekkelijk uitgegeven en rijk geïllustreerde boeken.
 
De laatste jaren beperkt Maas zich niet tot de short track van de krantenrubriek. Zo publiceerde hij een ambitieus, in sociologisch opzicht niet onbelangrijk gedenkboek ter gelegenheid van het honderdjarig bestaan van '''Den Hey-Acker''', de Bredase tuchtschool, maar ook een lichtvoetige verhandeling over de [[Princenhage|Princenhaagse]] voetbalvereniging '''Groen-Wit'''. In zijn publicatie ''De'' ''Eeuwelingen'' herdenkt hij het '''Bredaas Mannenkoor''', de toneelvereniging '''Vereniging Jacob van Lennep''', de '''Muziekschool Breda / Nieuwe Veste''' en '''Vrienden van''' '''het Chassé Theater''' die bij het verschijnen van zijn boek respectievelijk 145, 140, 135 en 130 jaar bestonden. Deze boeken geven geen opsommingen van jaartallen, bestuursbesluiten en beleidsveranderingen (al worden die niet vergeten), maar - zoals altijd bij Maas - vooral en in de eerste plaats verhalen over mensen van vlees en bloed die deze 'kleine geschiedenissen' van lokale instellingen en verenigingen gestalte hebben gegeven: bestuurders, voetballers, acteurs, zangers en voordrachtskunstenaars, jeugdige delinquenten en hun opvoeders, een opmerkelijke kastelein en veel andere memorabele persoonlijkheden. Voor Rinie Maas is geschiedenis altijd humane geschiedenis.


==Uitspraak==
Naast zijn historische rubriek schrijft Maas in dezelfde krant wekelijkse columns over actuele gebeurtenissen in en rondom zijn stad. Hij doet dat onder het pseudoniem "Tinus de Klopper", de bijnaam van een destijds alom bekende Bredase porder. Tal van Maas' krantenartikelen zijn in bewerkte vorm gebundeld in een aantal rijk geïllustreerde boeken.
"''Wat, waarin en hoeveel ik ook nog schrijf, het zal altijd met liefde zijn. Want ik ben niet van plan, hoewel ik menige tijd een harder leven heb geleid dan een legionair, van mijn hart een doodskist te maken waarin die liefde is dichtgesoldeerd. Of het technisch perfect of op enig ogenblik nog niet volmaakt zal zijn zal de lezer, gegrepen door de gebeurtenissen en de personen die uit het leven lijken te zijn geplagieerd, een zorg zijn. Ik schrijf niet voor de literatuur. Ik schrijf het leven!''"


(In een interview uit 2003 met Breda's stadsdichter [[Olaf Douwes Dekker]] voor stadstelevisie Breda tijdens een uitzending van "broodje cultuur").
De laatste jaren{{Wanneer?}} beperkt Maas zich niet tot de short track van de krantenrubriek. Zo publiceerde hij een gedenkboek ter gelegenheid van het honderdjarig bestaan van Den Hey-Acker, de Bredase tuchtschool, maar ook een verhandeling over de [[Princenhage|Princenhaagse]] voetbalvereniging [[RKSV Groen Wit]]. In zijn publicatie ''De Eeuwelingen'' herdenkt hij het Bredaas Mannenkoor, de toneelvereniging Jacob van Lennep, de Muziekschool Breda / Nieuwe Veste en Vrienden van het Chassé Theater die bij het verschijnen van zijn boek respectievelijk 145, 140, 135 en 130 jaar bestonden.{{Wanneer?}}


==Tweede Wereldoorlog==
==Tweede Wereldoorlog==
Alhoewel later geboren, voelt Maas zich persoonlijk sterk betrokken bij het wel en wee van de Bredanaars gedurende de [[Tweede Wereldoorlog|oorlogsjaren]].
Alhoewel later geboren, voelt Maas zich persoonlijk sterk betrokken bij het wel en wee van de Bredanaars gedurende de [[Tweede Wereldoorlog|oorlogsjaren]].{{bron?}}


Zo werkte hij in 2004 mee bij het vergaren van feiten voor de herdenking - zestig jaar na dato - van [[Dolle Dinsdag]] in Breda voor het televisieprogramma [[Andere Tijden]] en het N.O.S. journaal.
Zo werkte hij in 2004 mee bij het vergaren van feiten voor de herdenking - zestig jaar na dato - van [[Dolle Dinsdag]] in Breda voor het televisieprogramma [[Andere Tijden]] en het N.O.S. journaal.


Ook leidden zijn publicaties over bommen, die twee maanden na de bevrijding van Breda door Engelse piloten boven de stad werden gelost om Duitse jagers die hen achtervolgden sneller af te zijn, tot een burgerinitiatief om de twintig slachtoffers die daarbij omkwamen te eren met een monument. Het gedenkteken werd op 25 december 2005 door burgemeester [[Peter van der Velden (politicus)|Peter van der Velden]] onthuld op de (herbouwde) brug die bij het incident volledig werd verwoest.
Ook leidden zijn publicaties over bommen, die twee maanden na de bevrijding van Breda door Engelse piloten boven de stad werden gelost om Duitse jagers die hen achtervolgden sneller af te zijn, tot een burgerinitiatief om de twintig slachtoffers die daarbij omkwamen te eren met een monument.{{bron?|Is er een bron voor dit directe verband?}} Het gedenkteken werd op 25 december 2005 door burgemeester [[Peter van der Velden (politicus)|Peter van der Velden]] onthuld op de (herbouwde) brug die bij het incident volledig werd verwoest.
 
Met succes zorgde Maas er ook voor dat ds. [[Herman Coolsma]], die tientallen [[Joden|Joodse]] [[onderduiken (Tweede Wereldoorlog)|onderduikers]] in zijn [[pastorie]] verborgen wist te houden, in 2006 werd bedacht met een straatnaam in [[Princenhage]].


Op 24 oktober 2009 werd door Maas in het [[Generaal Maczek Museum]] de tentoonstelling 'Oorlogsslachtoffers Breda 1940 - 1945' geopend. Hij onthulde daarbij een tableau met daarop alle bekende namen van de oorlogsslachtoffers uit en in Breda.
Hij zorgde er ook mede voor{{bron?|Wat was zijn rol dan precies?}} dat ds. [[Herman Coolsma]], die tientallen [[Joden|Joodse]] [[onderduiken (Tweede Wereldoorlog)|onderduikers]] in zijn [[pastorie]] verborgen wist te houden, in 2006 werd bedacht met een straatnaam in [[Princenhage]].


Een al in 2006 ontstaan burgerinitiatief om de tijdens de oorlog weggevoerde 118 leden van de Joodse gemeenschap in Breda eindelijk te herdenken met een monument, werd opgepakt door Maas. Mede door zijn jarenlange onderhandelingen met de gemeente Breda en in nauw overleg met betrokken instanties zoals de vertegenwoordigers van de Nederlands Israëlitische Gemeente Breda kon op 7 april 2011 in het [[Wilhelminapark (Breda)|Wilhelminapark]] het monument worden onthuld: een grote liggende kei met een gedicht van drie strofen van [[Pien Storm van Leeuwen]].
Een al in 2006 ontstaan burgerinitiatief om de tijdens de oorlog weggevoerde 118 leden van de Joodse gemeenschap in Breda eindelijk te herdenken met een monument, werd opgepakt door Maas. Door onderhandelingen met de gemeente en in nauw overleg met betrokken instanties zoals de Nederlands Israëlitische Gemeente Breda kon op 7 april 2011 in het [[Wilhelminapark (Breda)|Wilhelminapark]] het monument worden onthuld: een grote liggende kei met een gedicht van van [[Pien Storm van Leeuwen]].  


Drie van zijn laatste boeken gaan over de oorlog in en rondom Breda: over de deportatie van de leden van de kleine joodse gemeenschap in Breda; over het [[De Post in de Vloeiweide|drama op de Vloeiweide]], waarbij in een boswachterswoning in Zundert verzetsstrijders alsmede de boswachtersvrouw en drie van haar kinderen op 4 oktober 1944 werden gedood door Duitse militairen en hun Nederlandse handlangers, kort daarna gevolgd door de fusillade van de overgebleven verzetsstrijders, en een boek over de rol van het vervallen Kasteel Boschdal, een oud landhuis in Beek waar daarna nog het plaatselijk verzet tegen de Duitsers zich concentreerde.
Drie van zijn boeken gaan over de oorlog in en rondom Breda: over de deportatie van de leden van de kleine joodse gemeenschap in Breda; over het [[De Post in de Vloeiweide|drama op de Vloeiweide]], waarbij in een boswachterswoning in Zundert verzetsstrijders alsmede de vrouw van de boswachter en drie van haar kinderen op 4 oktober 1944 werden gedood door Duitse militairen en hun Nederlandse handlangers, kort daarna gevolgd door de fusillade van de overgebleven verzetsstrijders, en een boek over de rol van het vervallen Kasteel Boschdal, een oud landhuis in Beek waar daarna nog het plaatselijk verzet tegen de Duitsers zich concentreerde.
 
Door de inzet van Maas is in 2014 onder de noemer ‘het Bredaas verhaal’ een lespakket tot stand gekomen over de Tweede Wereldoorlog dat op 51 scholen in Breda wordt onderwezen.


==NAC==
==NAC==
Als een levenslange supporter en bewonderaar van de Bredase voetbalclub NAC schreef Maas, geboren in de schaduw van het oude voetbalstadion, in 2016 een boek over deze club: 'Idolen en iconen, het NAC boek; 62 verhalen'. Het boek is geen geschiedenis die begint bij het stichtingsjaar van de club en eindigt met de laatste wapenfeiten maar een hink-stap-sprong voorwaarts, achterwaarts en zijwaarts. De niet chronologisch gerangschikte 62 verhalen gaan over specifieke wedstrijden, wisselende elftallen en, zoals altijd bij Maas, vooral over de mannen van vlees en bloed achter de voetballers. Hij beperkt zich daarbij niet tot het stadion en de grasmat maar gaat Breda in en beschrijft voor sommigen de omgeving waarin ze opgroeiden, de lagere school die ze bezochten en hun typerende karaktereigenschappen. Gedenkwaardige NAC spelers, waaronder een aantal oud-internationals, krijgen zo hun eigen sociologische ‘verhaal’, waaronder [[Kees Rijvers]], [[Frans Bouwmeester]], [[Daan Schrijvers]], [[Kees Kuijs]], [[Peter van de Merwe]], [[Hein van Gastel]], [[Leo Canjels]], [[Pierre van Hooijdonk]]. Met ook aandacht voor de vroegtijdig overleden spelers, de uitbater van een frietkot op het terrein van NAC, de mondige moeder van keeper Peter van de Merwe, de schroothandel van de Bouwmeesters en meer van deze terzijdes, is Idolen en iconen de beschrijving geworden van een aloude Bredase subcultuur waarin het knusse en nooit kapot te krijgen NAC-gevoel de kern vormt.
Als levenslang supporter van de Bredase voetbalclub NAC{{bron?}} schreef Maas in 2016 een boek over deze club: 'Idolen en iconen, het NAC boek; 62 verhalen'. De niet-chronologisch gerangschikte 62 verhalen gaan over specifieke wedstrijden, wisselende elftallen en vooral over de voetballers. Gedenkwaardige NAC-spelers, waaronder een aantal oud-internationals, krijgen hun eigen 'verhaal', waaronder [[Kees Rijvers]],<ref name=BN20/> [[Frans Bouwmeester]], [[Daan Schrijvers]], [[Kees Kuijs]], [[Peter van de Merwe]], [[Hein van Gastel]], [[Leo Canjels]], [[Pierre van Hooijdonk]]. Ook wordt aandacht besteed aan een aantal vroegtijdig overleden spelers.


==Bibliografie==
==Bibliografie==
Regel 57: Regel 51:
* Weerwoord in de ''Bredase Bode'' op het essay over paus Franciscus van professor dr. [[Antoine Bodar]] in ''Dagblad Trouw'', 4 februari 2015
* Weerwoord in de ''Bredase Bode'' op het essay over paus Franciscus van professor dr. [[Antoine Bodar]] in ''Dagblad Trouw'', 4 februari 2015
* ''Idolen en iconen; het NAC boek''. Breda/Rotterdam: Trichis Publishing, 2016. ISBN 978-94-29077-50-3
* ''Idolen en iconen; het NAC boek''. Breda/Rotterdam: Trichis Publishing, 2016. ISBN 978-94-29077-50-3
* ''Het Stadskantoor - de Bezemer''. Breda/Rotterdam: Trichis Publishing, 2018. ISBN 978-94-92881-19-9
* ''Het Stadskantoor - de Bezemer''. Breda/Rotterdam: Trichis Publishing, 2018. ISBN 978-94-92881-19-9<ref name=BV18>{{citeer web|url=https://www.bredavandaag.nl/nieuws/cultuur/267372/bredase-schrijver-rinie-maas-schrijft-roman-het-stadskantoor|titel=Bredase schrijver Rinie Maas schrijft roman Het Stadskantoor|datum=12 september 2018|uitgever=Breda Vandaag|bezochtdatum=7 januari 2022}}</ref>
* ''Het dorpsleven; Princenhage en aangrenzende dorpen 1920-2020''. Zundert: Vorsselmans, 2020 (geen ISBN).
* ''Het dorpsleven; Princenhage en aangrenzende dorpen 1920-2020''. Zundert: Vorsselmans, 2020 (geen ISBN).<ref name=BN20>{{citeer web|titel=Verhalenverteller Rinie Maas is niet te stoppen en verkocht al 100.000 boeken|uitgever=BN De Stem|datum=29 september 2020|url=https://www.bndestem.nl/breda/verhalenverteller-rinie-maas-is-niet-te-stoppen-en-verkocht-al-100-000-boeken~aa4b6730e/|bezochtdatum=7 januari 2022}}</ref>


==Externe link==
==Externe link==
* [http://www.libralink.nl/ Website LiBra]
* [http://www.libralink.nl/ Website LiBra]


{{Appendix|1=bron}}
{{Bibliografische informatie}}
{{Bibliografische informatie}}
{{DEFAULTSORT:Maas, Rinie}}
{{DEFAULTSORT:Maas, Rinie}}
[[Categorie:Nederlands columnist]]
[[Categorie:Nederlands columnist]]
[[Categorie:Nederlands schrijver]]
[[Categorie:Nederlands schrijver]]

Versie van 7 mrt 2022 08:41

Marinus Wilhelmus (Rinie) Maas (Beek (Noord-Brabant), 5 mei 1948)[bron?] is een Nederlands kroniekschrijver van het volkse verleden van Breda.

Korte biografie

Maas werd geboren in Prinsenbeek en groeide op in verscheidene volksbuurten in Breda. Vanaf jonge leeftijd wilde hij al bij de krant werken.[1] Maas begon begon daarom als loopjongen bij BN De Stem.[2] Op zijn 21e kreeg hij een functie in de stedenbouw, waarin hij 25 jaar lang werkzaam zou blijven.[1] Rond 1993 werkte hij voor het Stadskantoor van Breda, waaraan hij in 2018 een boek wijdde.[3] Daarna belandde hij bij de Bredase Bode, een gratis huis-aan-huisblad in de regio, waar hij 26 jaar lang werkzaam zou zijn. Na Prinsenbeek en Breda woont Maas sinds 1973 in Princenhage.[2] Maas beschouwt zijn auteurschap als een uit de hand gelopen hobby.

Rinie Maas als columnist

In de vaste rubriek "Het Breda van Weleer" in de Bredase Bode neemt Maas de lezer mee door historisch Breda en laat hem kennismaken met talloze kleurrijke figuren, verdwenen plaatsen en gebeurtenissen. Deze verhalen zijn doortrokken met een vleugje nostalgie. Maas schroomt hierbij ook niet de werkelijkheid en zijn soms hoogst persoonlijke interpretatie daarvan vloeiend in elkaar te laten overlopen.[bron?] Hierin toont hij zich de geestelijke erfgenaam van de Bredase schrijver Henri t' Sas.[bron?] Het bijzondere van "Het Breda van weleer" is dat Maas zijn lezers laat participeren door hen voortdurend te stimuleren ideeën, adviezen en reacties op te sturen die hij vervolgens in zijn stukken verwerkt. Wekelijks wordt hij hierdoor op het spoor gezet van nieuwe onderwerpen uit de Bredase geschiedenis vanaf ca. 1870, zijn historische bovengrens. Achter "Het Breda van weleer" heeft Maas na 26 jaar in 2020 een punt gezet.

Naast zijn historische rubriek schrijft Maas in dezelfde krant wekelijkse columns over actuele gebeurtenissen in en rondom zijn stad. Hij doet dat onder het pseudoniem "Tinus de Klopper", de bijnaam van een destijds alom bekende Bredase porder. Tal van Maas' krantenartikelen zijn in bewerkte vorm gebundeld in een aantal rijk geïllustreerde boeken.

De laatste jaren[wanneer?] beperkt Maas zich niet tot de short track van de krantenrubriek. Zo publiceerde hij een gedenkboek ter gelegenheid van het honderdjarig bestaan van Den Hey-Acker, de Bredase tuchtschool, maar ook een verhandeling over de Princenhaagse voetbalvereniging RKSV Groen Wit. In zijn publicatie De Eeuwelingen herdenkt hij het Bredaas Mannenkoor, de toneelvereniging Jacob van Lennep, de Muziekschool Breda / Nieuwe Veste en Vrienden van het Chassé Theater die bij het verschijnen van zijn boek respectievelijk 145, 140, 135 en 130 jaar bestonden.[wanneer?]

Tweede Wereldoorlog

Alhoewel later geboren, voelt Maas zich persoonlijk sterk betrokken bij het wel en wee van de Bredanaars gedurende de oorlogsjaren.[bron?]

Zo werkte hij in 2004 mee bij het vergaren van feiten voor de herdenking - zestig jaar na dato - van Dolle Dinsdag in Breda voor het televisieprogramma Andere Tijden en het N.O.S. journaal.

Ook leidden zijn publicaties over bommen, die twee maanden na de bevrijding van Breda door Engelse piloten boven de stad werden gelost om Duitse jagers die hen achtervolgden sneller af te zijn, tot een burgerinitiatief om de twintig slachtoffers die daarbij omkwamen te eren met een monument.[bron?] Het gedenkteken werd op 25 december 2005 door burgemeester Peter van der Velden onthuld op de (herbouwde) brug die bij het incident volledig werd verwoest.

Hij zorgde er ook mede voor[bron?] dat ds. Herman Coolsma, die tientallen Joodse onderduikers in zijn pastorie verborgen wist te houden, in 2006 werd bedacht met een straatnaam in Princenhage.

Een al in 2006 ontstaan burgerinitiatief om de tijdens de oorlog weggevoerde 118 leden van de Joodse gemeenschap in Breda eindelijk te herdenken met een monument, werd opgepakt door Maas. Door onderhandelingen met de gemeente en in nauw overleg met betrokken instanties zoals de Nederlands Israëlitische Gemeente Breda kon op 7 april 2011 in het Wilhelminapark het monument worden onthuld: een grote liggende kei met een gedicht van van Pien Storm van Leeuwen.

Drie van zijn boeken gaan over de oorlog in en rondom Breda: over de deportatie van de leden van de kleine joodse gemeenschap in Breda; over het drama op de Vloeiweide, waarbij in een boswachterswoning in Zundert verzetsstrijders alsmede de vrouw van de boswachter en drie van haar kinderen op 4 oktober 1944 werden gedood door Duitse militairen en hun Nederlandse handlangers, kort daarna gevolgd door de fusillade van de overgebleven verzetsstrijders, en een boek over de rol van het vervallen Kasteel Boschdal, een oud landhuis in Beek waar daarna nog het plaatselijk verzet tegen de Duitsers zich concentreerde.

NAC

Als levenslang supporter van de Bredase voetbalclub NAC[bron?] schreef Maas in 2016 een boek over deze club: 'Idolen en iconen, het NAC boek; 62 verhalen'. De niet-chronologisch gerangschikte 62 verhalen gaan over specifieke wedstrijden, wisselende elftallen en vooral over de voetballers. Gedenkwaardige NAC-spelers, waaronder een aantal oud-internationals, krijgen hun eigen 'verhaal', waaronder Kees Rijvers,[2] Frans Bouwmeester, Daan Schrijvers, Kees Kuijs, Peter van de Merwe, Hein van Gastel, Leo Canjels, Pierre van Hooijdonk. Ook wordt aandacht besteed aan een aantal vroegtijdig overleden spelers.

Bibliografie

  • Abdijgasten en sfeerverhalen over streek, stad Breda en Princenhage. Breda: Eduard van den Wijngaard, 1992.
  • 'Het Sint Ignatiusziekenhuis' en 'Het Begijnhof', literair bekroonde verhalen voor de bundel Breda op Papier. Breda: Stichting Breda 3 Plus en Stichting Letteren, 1997.
  • Gaode mee door 't Aogje? (uitgegeven ter gelegenheid van het 800-jarig bestaan van Princenhage). Breda: Eduard van den Wijngaard, 1998.
  • De eeuw van onze ouders in Noord-Brabant. Breda: Eduard van den Wijngaard, 2000.
  • De Biemeewes / Carnaval in Breda / De mannen mee de perdjes / Het Bredase liedjesboek. Breda: Eduard van den Wijngaard, 2001.
  • Gouwe Gasten, goei volluk; het Breda van weleer 1920 - 2000 (uitgegeven ter gelegenheid van Breda 750 jaar in opdracht van de Stichting Breda 750 jaar). Zundert: Vorsselmans, 2002. ISBN 9080656615
  • Standbeeldje voor stadgenoten; het Breda van weleer. Zundert: Vorsselmans, 2003. ISBN 9080656623
  • Van Molen de Beer tot Molen de Beerstraat. Bij opening van de Molen de Beerstraat in Princenhage. Breda: heemkundekring 'Op de Beek', 2004.
  • De Klopperman; vrijmoedige Bredase volksverhalen. Breda: Hollaers van Elkerzee, 2005. ISBN 9080828688
  • De Bredase scheurkalender 2005. Breda: Gianotten.
  • De Bredase scheurkalender 2006. Breda: Gianotten.
  • Jeugd van Den Hey-Acker; de Tuchtschool (1906-2006). Zundert: Vorsselmans, 2006. ISBN 908065664X
  • Giftum Kèès! 75 jaar Groen-Wit en driekwart eeuw dorpsleven in Princenhage. Breda: Jubileumcommissie Groen-Wit, 2007. ISBN 90 811062 1 X
  • Janske; haar wonderlijke leven. Breda: Hollaers van Elkerzee, 2007. ISBN 9789078199069 (genomineerd voor de Publieksprijs der Brabantse Letteren 2007/2008, die werd uitgereikt in Breda op 15 maart 2009).
  • Stadshelden; het Breda van weleer III. Zundert: Vorsselmans, 2008. ISBN 978-90-806566-7-3
  • Tjerk Westerterp, een 'Friese' Brabander. Breda: Van Ierland Uitgeverij, 2009. ISBN 978-90-78071-62-4
  • De eeuwelingen; ons fier Breda. Breda: Hollaers van Elkerzee, 2010 (gekandideerd voor de schrijversprijs der Brabantse letteren). ISBN 978-90-78199-19-9
  • De jodenvervolging in Breda. Breda: Hollaers van Elkerzee, 2011. ISBN 978-90-78199-20-5
  • Brabants oorlogsdrama; het verbeten verzet op de Vloeiweide. Zundert: Vorsselmans, 2011 (2e dr., 2012).
  • Kasteel Boschdal, bolwerk van Beeks verzet. Oorlogsgeheim van een bezet dorp. Zundert: Vorsselmans, 2013.
  • Groot Breda in 55 verhalen. Breda: Hollaers van Elkerzee, 2014. ISBN 978-90-78199-30-4
  • Weerwoord in de Bredase Bode op het essay over paus Franciscus van professor dr. Antoine Bodar in Dagblad Trouw, 4 februari 2015
  • Idolen en iconen; het NAC boek. Breda/Rotterdam: Trichis Publishing, 2016. ISBN 978-94-29077-50-3
  • Het Stadskantoor - de Bezemer. Breda/Rotterdam: Trichis Publishing, 2018. ISBN 978-94-92881-19-9[3]
  • Het dorpsleven; Princenhage en aangrenzende dorpen 1920-2020. Zundert: Vorsselmans, 2020 (geen ISBN).[2]

Externe link

Bronnen, noten en/of referenties

Bronnen
  1. 1,0 1,1 Rinie schreef een boek met verhalen over Princenhage: "het dorpsgevoel zit hier diep". In de buurt (regio Breda) (14 september 2020) Geraadpleegd op 7 januari 2022
  2. 2,0 2,1 2,2 2,3 Verhalenverteller Rinie Maas is niet te stoppen en verkocht al 100.000 boeken. BN De Stem (29 september 2020) Geraadpleegd op 7 januari 2022
  3. 3,0 3,1 Bredase schrijver Rinie Maas schrijft roman Het Stadskantoor. Breda Vandaag (12 september 2018) Geraadpleegd op 7 januari 2022
rel=nofollow
rel=nofollow
rel=nofollow