Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Joseph Priestley: verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 79: | Regel 79: | ||
[[Categorie: Brits theoloog]] | [[Categorie: Brits theoloog]] | ||
[[Categorie: Unitariër]] | [[Categorie: Unitariër]] | ||
[[Categorie: Bijbelvertaler]] | [[Categorie: Bijbelvertaler naar het Engels]] | ||
[[Categorie: Oriëntalist]] | [[Categorie: Oriëntalist]] | ||
[[Categorie: Brits scheikundige]] | [[Categorie: Brits scheikundige]] |
Huidige versie van 15 jun 2024 om 18:03
Joseph Priestley (Birstall Fieldhead, bij Leeds, Yorkshire [nu West Yorkshire], Engeland, 13 maart 1733 – Northumberland, Pennsylvania, VS, 6 februari 1804) was een Engelse geestelijke, politiek theoreticus en natuur- en scheikundige. Hij wordt vooral herinnerd als de ontdekker van zuurstof, zijn procedure om koolzuurhoudend water te maken en zijn experimenten op het gebied van de elektrolyse.
Leven
Priestley werd geboren in de buurt van het landhuis Oakwell Hall, in Birstall, West Yorkshire, Engeland, als zoon van een lakenmaker en -verver, Jonas Priestley (1699-1779) en diens eerste vrouw, Mary, meisjesnaam Swift. Zijn moeder overleed in 1739 en hij werd geadopteerd door zijn tante, Sarah Keighley. Priestley kreeg voornamelijk thuisonderwijs. Rond zijn 15 jaar had hij al Hebreeuws, Grieks en Latijn geleerd. Hij leerde ook Frans, Italiaans en Duits. In 1752 begon hij op 19-jarige leeftijd theologie te studeren aan een non-conformistische school, de Daventry Academy. Hij werd er opgeleid tot een nonconformistische predikant. Zijn talenkennis was een voordeel bij zijn onderzoek van de Bijbeltekst. Zijn denken ontwikkelde zich van calvinisme tot unitarisme.
Na zijn studie werd hij aangesteld als predikant in verschillende congregationalistische gemeenschappen in Engeland.
In de jaren 1760 begon Priestley zijn wetenschappelijke onderzoek te combineren met zijn theologische en filosofische interesses. Hij correspondeerde met vooraanstaande intellectuelen van zijn tijd, onder wie Benjamin Franklin, Antoine Lavoisier en Thomas Jefferson. Zijn publicaties omvatten werken over natuurfilosofie, politieke filosofie en theologische verhandelingen.
Hij trouwde op 23 juni 1762 met Mary Wilkinson (1742-1796) uit Wrexham. Zij was de dochter van de industrieel Isaac Wilkinson (1695-1784) die in 1763 samen met John Guest de ’Plymouth Ironworks’ in Wales oprichtte. Het echtpaar had een dochter, Sarah Finch, en vier zonen (Joseph Michael Rainsford Priestley, Joseph Priestley, William M. Priestley, Henry Priestley).
Wetenschappelijke ontdekkingen
In 1766 ontmoette hij Benjamin Franklin in Londen. Franklin spoorde hem aan om de ’natuurfilosofie’ (zoals men natuurkunde toen noemde) serieus te nemen. Een gevolg was dat Priestley wetenschappelijke experimenten begon uit te voeren, in eerste instantie om experimenten te herhalen die al in de wetenschappelijke literatuur beschreven stonden, en later ook om antwoorden te vinden op zijn eigen vragen. Zijn eerste wetenschappelijke publicatie was The History of Electricity in 1767.
In de jaren 1770 deed hij zijn bekendste experimenten in verband met gassen. Hij woonde in die periode naast een brouwerij waar hij gemakkelijk aan koolstofdioxide kon geraken. Hij slaagde erin om acht verschillende gassen te isoleren en te beschrijven, waaronder zuurstof in 1774. Door kwikoxide te verhitten en het vrijkomende gas te bestuderen, observeerde hij dat dit gas de verbranding ondersteunde. Wegens de toenmalige theorie over phlogiston noemde hij dit ’gedephlogisticeerde lucht’. Hij bewees vervolgens de essentiële rol van zuurstof bij verbranding en ademhaling. Hij bleef echter de foutieve theorie van de phlogiston verdedigen, die kort daarna door Lavoisier werd verlaten. Lavoisier gaf het gas in het Frans de naam oxigène (zuurstof). De ontdekking van zuurstofgas vormde de basis voor de theorie van de ademhaling en de moderne scheikunde.
Naast zijn werk over zuurstof ontdekte Priestley ook verschillende andere gassen en voerde hij belangrijke experimenten uit op het gebied van elektrolyse, chemische reacties en de aard van licht en warmte. Hij staat ook bekend om zijn experimenten met koolzuurhoudend water, waarbij hij ontdekte dat het water verzadigd kon worden met koolstofdioxide om een bruisende drank te creëren.
Religieuze activiteiten
Priestleys theologische zienswijzen
Rationalisme: Priestley benaderde religieuze concepten met dezelfde rationalistische en empirische methoden die hij in zijn wetenschappelijke werk gebruikte. Hij probeerde religieuze ideeën te herinterpreteren op een manier die in overeenstemming was met de rede en de natuurlijke wereld, waardoor zijn opvattingen over de ziel innovatief en controversieel waren in zijn tijd. Materialisme: Priestley was een voorstander van het filosofisch materialisme, het idee dat alles wat bestaat, inclusief de ziel, uit materie bestaat. Hij geloofde dat mentale processen en bewustzijn het resultaat waren van fysieke processen in het brein. Volgens Priestley kon de ziel dus niet bestaan onafhankelijk van het lichaam; het was een product van de lichamelijke functies en de hersenactiviteiten. Monisme: In lijn met zijn materialistische opvattingen verwierp Priestley het dualisme, de filosofie dat de ziel en het lichaam twee aparte entiteiten zijn. In plaats daarvan ondersteunde hij een monistische visie waarin lichaam en geest een geïntegreerd geheel vormen. Voor hem waren mentale toestanden direct afhankelijk van fysieke toestanden in het brein. Een gevolg was ook dat hij niet geloofde dat een onsterfelijke ziel die na de dood verder leeft los van het lichaam. Hij geloofde wel in de opstanding van het lichaam. Dit zou een toekomstig evenement zijn waarin God de gelovigen zou herstellen tot een nieuwe, fysieke vorm van bestaan. Determinisme: Priestley geloofde ook in determinisme, het idee dat alle gebeurtenissen, inclusief menselijke gedachten en handelingen, worden bepaald door voorafgaande oorzaken volgens de natuurwetten. Hij zag de menselijke wil en de ziel niet als onafhankelijk of vrij, maar als onderhevig aan dezelfde wetten die de fysieke wereld beheersen. Unitarisme: Vanuit zijn rationalistische zienswijze geloofde hij niet in de traditionele leerstellingen van de Drie-eenheid en de goddelijke natuur van Jezus. Hij beschouwde Jezus als een buitengewone mens en een profeet, die door God was uitverkoren vanwege zijn morele en spirituele superioriteit. Zijn visie dat de ziel niet los van het lichaam kon bestaan, trok hij ook door op het leven van Jezus, zodat hij concludeerde dat deze geen voormenselijk bestaan had. Hij vond dat de maagdelijke geboorte een latere toevoeging was aan het christendom. |
Naast zijn wetenschappelijke werk was Priestley een toegewijde non-conformistische predikant en theoloog. Hij was lid van de congregationalistische kerk, maar zijn theologische opvattingen waren vrijzinnig en vaak controversieel. Priestley geloofde in een eenvoudige, rationele vorm van christendom, die hij baseerde op de rede en de natuurlijke wereld. Hij verwierp veel traditionele dogma’s en geloofsartikelen, en pleitte voor tolerantie en vrijheid van denken binnen religieuze kwesties.
In Priestleys tijd was er maar één wijdverspreide Bijbelvertaling: de King James-vertaling. Door zijn studie van Hebreeuws en Grieks en door de hoeveelheid Bijbelmanuscripten die intussen geraadpleegd konden worden, kon Priestley vaststellen dat de vertaling in de King James-bijbel soms niet de enige manier was om iets te vertalen en dat deze niet overal even correct was.
In 1787 stelde Priestley aan een vriend, Theophilus Lindsey, voor, om een nieuwe Bijbelvertaling te maken. Priestley zou zelf de Hebreeuwse tekst vertalen als Lindsey de Griekse tekst zou vertalen. Vanaf 1789 werkten Priestley, Lindsey samen met Hopton Haynes en Robert Edward Garnham aan het plannen van het werk voor de nieuwe Bijbelvertaling.
Priestley was een voorstander van zowel de Franse als de Amerikaanse revolutie. Hij zag de Franse revolutie als het begin van het einde van alle aardse heerschappijen die zou voorafgaan aan de oprichting van Gods Koninkrijk. Deze vrijelijk geuite meningen werden door de Engelse autoriteiten als opruiend beschouwd.
Zijn theologische opvattingen brachten hem in conflict met conservatieve religieuze leiders en politieke autoriteiten. Zijn steun aan de Franse Revolutie en zijn pleidooi voor religieuze tolerantie brachten hem onder vuur van regering en gevestigde kerken. In 1791 werd zijn huis en laboratorium in Fairhill tijdens de Birmingham Riots volledig afgebrand. Zijn papieren en boeken werden het raam uitgegooid en verbrand. Men kan aannemen dat zijn werk aan de vertaling van de Hebreeuwse Bijbel daarbij verloren ging. Daarna is hij niet meer met een vertaling herbegonnen.
Priestley verliet Birmingham en vestigde zich voor enkele jaren in het Londense district Hackney. In 1794 verliet Priestley Engeland om zich in de Verenigde Staten te vestigen.
Laatste jaren
Priestley bracht zijn laatste jaren door in de Verenigde Staten, waar hij bleef schrijven en zijn wetenschappelijk werk voortzette. Hij stierf op 6 februari 1804 in Northumberland, Pennsylvania.
De erfenis van Joseph Priestley is buitengewoon divers en blijvend. Zijn wetenschappelijke ontdekkingen hebben de basis gelegd voor tal van gebieden binnen de chemie en de natuurwetenschappen. Zijn theologische en politieke geschriften hebben bijgedragen aan de ontwikkeling van het liberale denken en de verdediging van burgerrechten en religieuze vrijheid. Zijn leven en werk blijven een inspiratiebron voor wetenschappers, filosofen en theologen over de hele wereld.
Werken (selectie)
Priestley publiceerde meer dan 150 werken over verschillende onderwerpen, onder andere politieke filosofie, wetenschap, onderwijs en theologie.
- Letters to the Rev. Edward Burn of St. Mary’s chapel, Birmingham, in answer to his, on the infallibility of the apostolic testimony, concerning the person of Christ, 1790
- The Rudiments of English Grammar, 1761
- A Chart of Biography, 1765
- Essay on a Course of Liberal Education for Civil and Active Life, 1765
- The History and Present State of Electricity, 1767
- A Familiar Introduction to the Study of Electricity, 1768
- Essay on the First Principles of Government, 1768
- A New Chart of History, 1769
- Remarks on Dr. Blackstone’s Commentaries, 1769
- Institutes of Natural and Revealed Religion, 1772–74
- Experiments and Observations on Different Kinds of Air, 1774–77
- Disquisitions relating to Matter and Spirit, 1777
- The Doctrine of Philosophical Necessity Illustrated, 1777
- The Doctrine of Divine Influence on the Human Mind: Considered, in a Sermon, Published at the Request of Many Persons Who Have Occasionally Heard it, 1779
- Catechism for children and young persons. Selections, 1779
- Letters to a Philosophical Unbeliever, 1780
- An History of the Corruptions of Christianity, 1782
- An history of early opinions concerning Jesus Christ: compiled from original writers, proving that the Christian church was at first Unitarian, 1786
- Lectures on History and General Policy, 1788
- Theological Repository, 1770–73, 1784–88
- A general history of the Christian church: from the fall of the western empire to the present time, 1802
- Socrates and Jesus compared, 1803. (Hij corrigeerde de proefexemplaren hiervan op zijn sterfbed.)